en kan, nadat het door het asbest heen is gegaan, door de kraan worden afgetapt. Er kan echter onder omstandigheden ongefiltreerd water in de kraan komen, vooral als door herhaald inonteeren en uit elkander nemen, de schroefdraad in de nog al weeke afvoerbuis wat uitgesleten is.

Onze verwachting was niet hoog gespannen, want uit de literatuur was reeds bekend, dat de sucrofilters wel een goede reputatie hadden voor het klaren van sommige vloeistoffen in fabrieken, maar dat zij voor de reiniging van drinkwater niet hadden voldaan. De aanbevelingen, in de prijscouranten vermeld, zijn dan ook alle van fabrikanten of van chemici, niet van bacteriologen of hygiënisten.

Een klein model vierkant filter werd goed schoongeborsteld en daarna het debiet bepaald. Dit bedroeg met water uit de artesische leiding 4,75 L. per uur. Nu werd water uit de Tjiliwong opgegoten, dat een beetje bezonken was, 0111 het grovere zand te verwijderen. Het doorloopende water was nog opaliseerend. Nadat ongeveer 2'/2 L. doorgeloopen waren, werd het debiet opnieuw bepaald en bleek nu 2,775 L. te zijn, zoodat ook dit filter evenals vroeger onderzochte bij het gebruik, dat er te velde het meest van gemaakt zal moeten worden, zeer snel in debiet bleek achteruit te gaan. Dit is wel toe te schrijven aan de geaardheid van het water, dat door zijn fijn slib spoedig een groot aantal poriën verstopt, maar het maakt het gebruik van filters in de omstandigheden, waarin onze expeditionaire colonnes herhaaldelijk verkeeren, moeielijk.

Na deze proef werd het filter op nieuw schoon geborsteld, en op het vermogen om bacteriën tegen te houden onderzocht.

Op 5 November 1910 werd in den gedeeltelijk gevulden bak een liter water gegoten, waarin een 48 uur oude cultuur van bacterium prodigiosum was verdeeld. Na 5 minuten en verder om het half uur werden platen gegoten, waarin 1 cc van het gefiltreerde water werd verwerkt. Alle

44