Een mikro-organisme, veel overeenkomst vertoonende met het bacterium bristolense, werd door Dunbar en Kister ') gevonden in de lijken van twee ratten, aangetroffen in een schip afkomstig uit Buenos Aires. De staafjes kleurden zich prachtig bipolair en geleken morfologisch zeer veel op pestbacillen. Zij waren echter bewegelijk en hunne culturen bleken niet in staat caviae ziek te maken, noch bij cutane, noch bij subcutane enting.
Onder de ratten, die in Hamburg voor dierproeven in voorraad worden gehouden, stierf er plotseling een waarbij pathologisch-anatomische veranderingen werden gevonden, die aan pest deden denken. De organen bevatten vele bacteriën, die zich fraai bipolair kleurden en ook wat cultuureigenschappen betreft veel overeenkomst hadden met pestbacillen. De gekweekte bacteriën waren echter niet pathogeen voor ratten, waarmede de diagnose pest verviel2).
Vermelding verdient nog, dat de bacillus pyocyaneus, evenzeer een kort staafje met afgeronde uiteinden, onder sommige omstandigheden bipolaire kleuring kan vertoonen en Gram-negatief is. Maar dit mikro-organisme is zeer sterk bewegelijk.
Het voorgaande moge voldoende zijn om aan te toonen, dat onze diagnose van pest, die voorloopig slechts berustte, behalve op de klinische verschijnselen bij den mensch waargenomen, op de aanwezigheid in bloed en kliersap der lijders van kleine, eenigszins plompe, ovale, soms cylindrische staafjes, met afgeronde einden, die een duidelijke poolkleuring vertoonden en bovendien Gram-negatief bleken te zijn, een nadere bevestiging behoefde. Aan de maten
') Dunbar und Kister. Zur bakteriologischen Diagnose bei Pestkranken Ratten, Centralbl. für Bakt. 1904, Bd. 36.
*) Neumann. Zur Frage der pestahnlichen rattenpathogenen Bakterien. Zeitschr. für Hygiëne und Infektionskrankh. 1903, Bd. 45.
43