OORSPRONKELIJKE BIJDRAGEN.

Over de veranderlijke waarde van Symptomen

door

Dr. G. W. KIEWIET DE JONGE *). {met een plaat).

In de Maartvergadering der geneeskundige vereeniging te Batavia werd gedebatteerd over de waarde van de reactie van Wassermann, waarbij Dr. Ouwehand de vraag opperde naar de beteekenis van deze proef in streken, waar weinig lues voorkomt. Het debat is in deze richting niet voortgezet; een later met Dr. O. gevoerd gesprek heeft mij er toe gebracht, deze quaestie eens nader onder de oogen te zien. Ik ben daarbij tot de slotsom gekomen, dat er conclusies aan kunnen worden vastgeknoopt, die naar het mij voorkomt wel bespreking verdienen.

Waarschijnlijk is over de punten, die ik hier ga behandelen, wel meer geschreven; ze liggen zoo voor de hand, dat men niet mag veronderstellen, dat ze nooit zijn opgevallen; ik ben echter, voor zoover ik mij kan herinneren, dergelijke beschouwingen nooit tegengekomen, en mag dus wel aannemen, dat ze niet zoo algemeen bekend zijn, dat men er niet eens iets over zou mogen zeggen.

De voornaamste conclusie, waartoe ik gekomen ben, is deze: De waarde van elk niet pathognostisch verschijnsel, op zichzelf beschouwd, is wisselend met de frequentie der ziekte, waarbij het wordt aangetroffen. Hoe frequenter het lijden, des te grooter de beteekenis van het symptoom voor de diagnose.

*) Voordracht, gehouden op 26 Mei 1911 in de Vergadering der Vereeniging tot Bevord. der Geneesk. Wetensch. in Nederl.-Indië.