Verwondingen door ongelukken kwamen veelvuldig voor, totaal 159 gevallen.

Dood door ongeval in de mijnen: 5 koelies zijn verdronken, één door een boom en één door een spoor^ wagen verpletterd; 1 van een loopplank gevallen. Slechts 3 zelfmoorden hebben plaats gehad (1 door vergift, 2 door ophanging).

Pangkalpinang. A. Geneeskundige Dienst bij de tinwinning.

District Pangkalpinang. Gedurende het jaar 1909 werden in de ziekeninrichting verpleegd: 3139 personen; van deze waren 2868 mijnwerkers van Pangkalpinang, 105 mijnwerkers van Soengei-slan, 48 gestraften (mijnwerkers), 20 nieuwelingen (die, alvorens in de mijnen te worden ingedeeld, ter verpleging of observatie werden opgenomen) en 98 vrije lieden, waaronder boorlieden, koelies werkzaam bij den tramaanleg, preventiefgevangenen en behoeftigen. Het gemiddeld aantal verpleegden per dag bedroeg: 170, waarvan 153 mijnwerkers van Pangkalpinang.

In het ziekenhuis overleden 92 personen of 2.93°/0 van het aantal verpleegden. Van deze 92 waren 71 mijnwerkers van Pangkalpinang, 3 mijnwerkers uit het district Soengeislan en 18 andere lieden, onder welke 5 gestrafte mijnwerkers. Verder werden ter begraving opgenomen: 15 mijnwerkers en 4 andere lieden.

178 mijnwerkers werden definitief afgekeurd voor verderen mijnarbeid; hiervan waren 168 van Pangkalpinang. Verreweg het meerendeel hiervan — 137 — was door algemeene lichaamszwakte ongeschikt en van deze 137 bestond het grootste gedeelte weer uit nieuwelingen.

Het totaal veriies aan mijnwerkers door sterfte en afkeuring bedroeg voor Pangkalpinang: 259 man.

In het algemeen was de gezondheidstoestand onder de mijnbevolking gunstig. Terwijl de gemiddelde sterkte in dit district bedroeg: 3947 man, was de morbiditeit over het