van de uitbarsting in Korintji, die evenwel geen schade aanrichtten.

De gezondheidstoestand onder de vaste arbeiders der Ombiliënmijnen was dit jaar zeer gunstig. Zoowel het aantal opgenomen zieken, als het ziekte- en sterftecijfer vertoonen een zóó belangrijke vermindering, dat men ze bijna met Europeesche cijfers zou kunnen vergelijken. Men neme hierbij in aanmerking, dat in het afgeloopen jaar geen evacuaties plaats vonden.

De overige Maleische bevolking der plaats had evenwel nog al van de pokken te lijden.

In 1909 kwamen aan: 748 nieuwe dwangarbeiders en 158 nieuwe Javaansche contractanten.

In het geheel werden gedurende 1909 nieuw opgenomen:

17 Europeanen, waaronder 4 vrouwen, 3352 dwangarbeiders der Ombiliënmijnen, 1251 Javaansche contractanten der Ombiliënmijnen, waaronder 24 vrouwen, 672 politioneel gestrafte Javaansche contractanten der Ombiliënmijnen, waaronder 1 vrouw, 35 vrije arbeiders der Ombiliënmijnen, 71 behoeftigen, waaronder 19 vrouwen, 80 dwangarbeiders van het Binnenlandsch Bestuur en 8 politioneel gestraften van het Binnenlandsch Bestuur, samen 5486 zieken, waaronder 48 vrouwen; hierbij 168 restant op 1 Januari 1909 w. o. 3 vrouwen, maakt 5654 gevallen, behandeld gedurende 1909, w. o. 51 vrouwen tegen 7573 behandelde zieken gedurende 1908 w. o. 91 vrouwen.

Aan het eind van het jaar bleven nog onder behandeling 1 Europeaan en 154 Inlanders (w. o. 3 vrouwen) samen 155 zieken.

Wegens febris typhoidea werden in het hospitaal behandeld 22 Inlanders, waarvan er 9 overleden en 9 Europeanen, die allen herstelden. Bovendien kwamen onder de te Sawah-Loento woonachtige Europeanen nog 7 onder behandeling, zoodat in het geheel dit jaar 16 Europeanen met typhoid behandeld werden. Van deze stierf 1 meisje, na reeds 4 dagen koortsvrij geweest te zijn, aan perforatie-