Resultaten, verkregen met de vaccinatie tegen cholera in het Chineesche Hospitaal te Batavia
DOOR J. VAN HEEL.
Sedert April 1910 kwamen in de krankzinnigen-afdeeling van het Chineesche Hospitaal herhaaldelijk gevallen van cholera voor, niettegenstaande alle mogelijke voorzorgsmaatregelen werden getroffen.
Het eerste geval deed zich voor bij een verpleegde, die reeds sinds maanden in een cel geïsoleerd was.
Den 25sten Augustus vaccineerde ik van de 23 aanwezige
krankzinnigen 12 personen.
Van 25 Augustus tot 25 October bedroeg het gemiddeld aantal krankzinnigen 28. Toevallig kwamen er onder de gevaccineerden zoo weinig mutaties voor, dat ik deze niet in rekening behoef te brengen.
In bovengenoemd tijdvak van twee maanden bleven de 12 gevaccineerden vrij van cholera, terwijl van de overige 16 verpleegden 4 personen of 25 °/o werden aangetast, waarvan 2 met doodelijken afloop. Deze 4 personen waren allen langer dan tien dagen verpleegd, zoodat buitengesloten kan worden, dat zij de infectie reeds buiten hadden opgeloopen.
Daar ik deze cijfers bewijzend genoeg vond, en ik langer doorzetten der proef niet geoorloofd achtte, vaccineerde ik den 25sten October alle niet gevaccineerde krankzinnigen, uitgezonderd enkele lijders, die zoo woest waren, dat vaccineeren onmogelijk was.
Sedert kwamen op de krankzinnigen-afdeeling geen choleragevallen meer voor tot einde Maart jl, toen de epidemie te Batavia weer heviger werd. Onder de aangetasten was echter geen gevaccineerde.