januari 1684 te Batavia is overleden. Het is buiten twijfel dat deze vriendschappelijke verhouding van Cleijer tot Speelman een groote rol zal hebben gespeeld bij de vele gunstbewijzen, welke eerstgenoemde van de zijde der Indische regeering zijn ten deel gevallen.
Cleijer was gehuwd met Catharina van Rensen, die 6 Mei 1693 te Batavia is overleden; hij had bij haar 'twee zoons en één dochter. De datum van Cleijer's overlijden zelf is niet nauwkeurig bekend, maar uit geraadpleegde acten is het de Haan gebleken, dat dit overlijden moet hebben plaats gehad te Batavia tusschen 20 December 1697 en 26 Maart 1698. „Hij liet een vrij belangrijk vermogen na" (de Haan).
Op Cleijer s liefhebberijen op wetenschappelijk gebied kom ik nog terug, en zullen wij thans de lotgevallen van ten Rhijne verder vervolgen.
Hoogst ongelegen voor Cleijer was de komst te Batavia van Willem ten Rhijne als waarlijk wetenschappelijk man, die reeds in Holland door zijn kennis en geschriften op geneeskundig gebied een zekeren naam had verworven en die, van de machtige kamer van Amsterdam, de speciale opdracht had zich „als Doctor in de medicijnen" ter beschikking te stellen van Gouv. Gen. en Raden van Indië. Ten Rhijne zou dus te Batavia, na zijn terugkeer uit Japan, bepaaldelijk op het gebied werkzaam moeten zijn, waar Cleijer tot dien tijd (tot heil zijner beurs) vrij wel alleenheerscher was geweest. En het bedenkelijkste van de zaak was wel, dat ten Rhijne blijkbaar goede relaties in het vaderland had; dit bewees zijn uitkomen naar Indië met den rang van „Koopman" en „als tweede persoon" aan boord. Deze relaties nu waren zeer hinderlijk, zoowel naar het oordeel van vriend Cleijer als naar dat van zijn „weldoenders", want bij hunne transacties konden zij de aanwezigheid van een deskundige, die het vertrouwen genoot van Heeren Bewindhebbers maar al te goed missen!