beknopte en toch betrekkelijk volledige handleiding wenscht in de moderne tropenpathologie. Het werk bestaat, afgezien van een inleiding, uit twee scherp van elkaar gescheiden deelen: „the causation of disease in the tropics" en „the diseases of the tropics". Een dergelijke splitsing heeft wat voor en wat tegen. Een nadeel is, dat zaken, die bij elkaar hooren, van elkaar worden gescheiden, dat een natuurlijk verband wordt verbroken. Zoo vind ik het b.v. niet aangenaam, als malaria, slaapziekte e.t.q. klinisch worden besproken in geheel andere hoofdstukken dan de malariaparasieten, de trypanosomen etc. Dat leidt of tot onnoodige herhalingen öf tot een voor den lezer minder gemakkelijke behandelingswijze. Een groot voordeel van dezen opzet is echter, dat de parasitologie in haar logisch verband beter tot haar recht komt. Aetiologie van tropische ziekten is nu eenmaal voor het grootste deel zoölogie en botanie, en het komt aan de systematiek en dus aan het duidelijk inzicht in het onderling verband der noxen ten goede, dat zij in een bepaald systeem worden samengebracht. Waar dus de klinikus liever afziet van de zoölogisch- en botanischsystematische indeeling, en de bespreking der parasieten bij de ziekten zelf prefereert, daar zal hij, die zelfstandig zoekt naar ziekte-oorzaken, het juist op prijs stellen, dat hij in dit boek een systematisch overzicht vindt, waarin alle tot dusver bij den mensch aangetroffen, tot het gebied der tropische ziekten behoorende aetiologische momenten systematisch en in het natuurlijk verband worden behandeld. Alleen de bacteriologie wordt buiten beschouwing gelaten, omdat zij een wetenschap op zich zelf vormt.

Natuurlijk draagt het werk in hoofdzaak een Engelsch cachet. Wel wordt meer rekening gehouden met nietEngelsche literatuur dan gebruikelijk is, maar dat zegt niet veel. Speciaal de in de Hollandsche taal gepubliceerde onderzoekingen zijn uit den aard der zaak aan de schrijvers onbekend.