Casuistische mededeeling over intoxicatie door MANGIFERA CAES1A JACK. (B1NDJA1 Dajaksch, KEMANG Javaansch), Fani. ANACARDIACEAE.

door

Dr. C. E. J. HEBERLHIN.

Officier van gezondheid der 2e kl.

Onlangs was ik in de gelegenheid eenige gevallen van intoxicatie door het sap en de uitwaseming van een boom uit de familie der Anacardiaceae te observeeren, die alhier in Centraal Borneo door de Dajaks Bindjai genoemd wordt.

Er zijn van eenige boomen uit deze familie vergiftigingsverschijnselen bekend, doch slechts van weinige nader beschreven, zoo o. a. van de welbekende Gluta Renghas L., waarover v. d. Upwich in 1894 een belangrijk opstel met interessante proefnemingen publiceerde (Geneeesk. tijdschrift voor Nederl.-Indië deel XXXIV); van de andere boomen der familie zijn de intoxicatieverschijnselen slechts vaag of in zeer algemeene omtrekken bekend, o. a. van de overige genera der zoog. „Renghas groep": Semecarpus, Buchanania, Lithraea, Melanorrhoea, Melanochyla. Alleen de ook tot de Anacardiaceae behoorende Rhus toxicodendron L. is reeds sedert lang toxicologisch goed onderzocht.

Nu toonen de intoxicatieverschijnselen van den Bindjaiboom eenige niet onbelangrijke verschillen met de door v. d. Upwich bekend gemaakte van Gluta Renghas L. (Jav. Ingas); het schijnt mij dus de moeite waard te zijn, genoemde verschillen in 't kort te publiceeren. Ik teeken aan, dat mij weinig literatuur ter beschikking staat, zoodat ik best een publicatie over 't hoofd gezien kan hebben.