Na de behandeling, die duurde van 18 Juni 1908 tot 8 Jan. 1909 en waarbij 22 inj. nastine B, en 18 B2 weiden gebruikt, waren bijna alle lepromen verdwenen, behalve een drietal op den rug, die kleiner waren geworden. Andere waren veranderd in pigmentvlekken. De sensibiliteit is veel verbeterd, doch het verschil tusschen scherp en stomp wordt nog niet waargenomen en de temperatuurzin is eveneens nog gestoord. De plekken met gevoelsstoornissen zweeten niet. Algemeene toestand veel verbeterd. Leprabacillen, die voor de behandeling in groot aantal aanwezig waren, werden op diezelfde plaats bij één onderzoek niet meer gevonden.

Zeker is hier een belangrijke verbetering opgetreden, doch niet zoo, dat men van genezing mag spreken. Er bestaan nog lepromen op den rug. De tastzin is nog niet normaal, omtrent den pijnzin wordt niets medegedeeld. De temperatuurzin, die met den tastzin het eerst gestoord is, is nog niet teruggekeerd. Ook het niet zweeten op die plekken is zeer suspect. Gewoonlijk is een der eerste verschijnselen, die op verbetering wijzen, het terugkeeren der zweetsecretie.

Bij den tweeden lijder, Hassan, 30 j., sinds 12 jaren ziek, zijn na een behandeling van ongeveer 7 maanden met 21 inj. B, en 3 B2 de vroeger voorhanden zweren genezen. De algemeene toestand, die voor dien zeer slecht was, is verbeteid, zoodat patiënt, die eerst niet loopen kon, thans weer gaan kan. In de vroegere zweren vele leprabacillen, in de litteekens thans niet. Toch waren er nieuwe ulcera bijgekomen, die neiging tot genezing vertoonen en gedegenereei de bacillen bevatten. Dus wel verbetering, doch zeker geen genezing.

De derde, Gooloo, een jongen van 14 jaren, flie gedurende denzelfden tijd werd behandeld met 16 inj. B0, 19 B, en 14 B2, vertoont verbetering van den algemeenen toestand. Enkele zweren zijn genezen, andere op weg van genezing. Sommige lepromen zijn verdwenen, andere bezig te

45