R. is volkomen compos, goed georiënteerd in tijd en plaats. Schrijven kan hij wel, maar nu beeft hij zoo of eigenlijk vermeent zoo te beven, dat hij niet schrijven kan. Dat hij kan schrijven, getuigt een brief door hem geschreven op den 17den Juni 1909, terwijl hij zich in de blokzaal bevond, toen hij geheel in de war was. Hem wordt deze brief vertoont, dien hij in het geheel niet herkent als zijn schrijven. Ja, zegt hij, het is wel mijn hand, dus zal ik het wel geschreven hebben, maar ik herinner mij brief noch inhoud. Hij is gericht aan een meid, die hij in Holland gekend heeft en waar hij verkeering mee gehad heeft, maar de correspondentie is al lang gestaakt. Hij schrijft daarin, dat zijn ouders dood zijn, en dat Anne hem het geld spoedig moet sturen, want dat hij veel werkvolk had. Ik geef hem den brief ter lezing en hij is er verbaasd over, dit geschreven te hebben. Hij lacht er zelf om, kijkt echter een oogenblik later bedrukt, als hij leest, dat zijn ouders dood zijn. Daar wist hij nu niets van, en heeft hij in het laatste jaar geen brief van huis gehad. Wellicht heeft hij in zijn droomtoestand, zijn état second, een clairvoyance gehad.
Zijn ontwikkeling is niet groot: Nederland heeft 12 provincies, Utrecht, Groningen, meerdere weet hij niet op te geven; Amsterdam is de hoofdplaats van ons land. Andere steden zijn: Rotterdam, den Bosch, Zwolle, den Haag. De Koningin heet Wil hel mi na en is getrouwd met Prins Hendrik; er is ook een Prinses, maar weet niet, hoe zij heet. Van andere landen en wie daar regeeren, weet hij wel iets, maar weinig. Ook zegt hij veel vergeten te zijn, van wat hij geleerd heeft. Hij denkt nu meer over zijn kwaal dan over andere dingen. Verder; 2 en 2 is 4, 4 en 4 is 8, 3 maal 8 is 24, 6 maal 9 is 56, na lang peinsen; 7 maal 6 is 42, weer lang nagedacht. Waarde van geld en onderdeelen weet hij goed en zegt direct het antwoord. Getallen van 3 cijfers kan
%