26 December. 4 dagen provoost, gepraat bij een nachtelijke patrouille. Te Amboira werd hij met oorziekte 2 maanden in het hospitaal verpleegd en wegens die ziekte geëvacueerd naar Soerabaia en van daar naar Malang. Nauwelijks uit het hospitaal, werd hij gestraft met 14 dagen provoost, wederom vechten en dronkenschap. Hij vertelt, dat hij in een bordeel gevochten heeft, maar dronken is hij niet geweest, want hij had geen geld om borrels te koopen. Hij weet wel, dat hij ruzie heeft gehad en dat hij wederom zijn positieven is kwijt geraakt. Een maand later (18 Mei) kreeg hij 14 dagen provoost wegens dronkenschap en arrestatie door een patrouille.
Hij vertelt, dat hij weder in een bordeel aan het vechten was, maar dat hij niet dronken was. Er werd om een patrouille geroepen, en de sergeant-majoor wilde hem mede nemen. Hij wilde echter niet, want hij was niet dronken; hij werd driftig en weet niet meer, wat voorgevallen is. Hij ontwaakte uit zijn droomtoestand in de provoost en vroeg om drinken. Hij was toen weer kalm en werd uit het voorloopig arrest ontslagen. Kort daarop, 26 Juni, kreeg hij voor de 2de keer de klas wegens mankeeren en goedverkoopen. Hij zelf deelt mede, dat hij onder het excerceeren een standje kreeg, omdat hij iets niet goed deed, waarop hij kwaad werd. Wat verder voorgevallen is, weet hij alleen, doordat hij het van anderen hoorde. Eerst moet hij woorden met den sergeant gehad hebben, is daarop weggeloopen, gaf zijn goed aan een ander, maar wist dat ook niet.
Hij herinnert zich, dat hij zich in de bioscoop bevond, maar wist niet, hoe hij daar kwam. Hij hoorde toen van anderen, dat hij gemankeerd had en ging zich toen zelf melden. Den volgenden morgen op het rapport werd hij gestraft, omdat zijn goed mankeerde, maar hij wist daar niets van, en dacht, dat hij het misschien verkocht zou hebben. Toen hij van het rapport terug kwam, deelde een kameraad hem mede, dat het goed bij hem was en dat