beide groepen wel dezelfde waren. Opvallend is evenwel het groote verschil in mortaliteit nl. 75 °/0 voor de niet-en 42'/2 °/0 voor de wel-gevaccineerden. Dit verschil springt te meer in het oog, omdat Haffkine met zijne methode in Voor-Indië vrijwel eenzelfde mortaliteit bij de cholera-gevallen onder de niet- en de wel-geënten verkregen had.

Enkele feiten, die zich gedurende de epidemie in Japan hebben voorgedaan, spreken duidelijk voor het nut der entingen.

In twee plaatsen, Akao en Sagesti, gelegen in Okayama, waar de epidemie heftig woedde, werden alle inwoners geënt. Geen der bewoners dezer beide plaatsen kreeg cholera, niettegenstaande het infectiegevaar groot was, daar er een druk verkeer bestond tusschen deze plaatsen en de omliggende, sterk besmette steden en dorpen.

lil een filiaal van het „Formosa Kamfermonopolambt" werden op 3 na alle personen (159 in getal) geënt. Eén van deze drie kreeg cholera en stierf, terwijl onder de gevaccineerden geen enkel geval zich voordeed.

In een lokaal van de stad Sumoto werden alle personen (100) op één na, die de enting weigerde, gevaccineerd. Slechts deze ééne kreeg cholera.

In een gezin werden alle personen op één na geënt. Slechts deze kreeg cholera en stierf.

Wanneer men ieder dezer feiten op zich zelf beschouwt, kan aan toeval worden gedacht. Met elkander in verband gebracht, kan men moeilijk meer van toeval spreken, daar het toch wat erg vreemd zou zijn, dat toevalligerwijze overal, waar enkele niet geënten naast vele wel-geënten onder vrijwel dezelfde omstandigheden leefden, juist alleen de niet-geënten met cholera geïnfecteerd zouden zijn geworden.

Zooals reeds gezegd, zijn de voorgekomen ziektegevallen alleen waargenomen in het begin der entingen, toen slechts 1 oogje kuituur werd ingespoten. Nadat deze dosis tot 2 oogjes was vermeerderd, kwamen, zooals Murata opgeeft,