vallen ter behandeling. Pernicieuse gevallen kwamen niet ter kennis.
Bij een muskietenjacht in het kampement werden, op een buit van 50 exemplaren, gevonden: 2 anopheles, 5 stegomeya calopus en 43 andere stegomeya- en culexsoorten.
Beri-beri werd 2 maal onder Atjehsche gestraften aangetroffen.
Lepra is niet waargenomen.
Cholera, pokken, dysenterie kwamen niet voor.
Door den Ajehschen vaccinateur werd geregeld gevaccineerd. Verzet tegen de vaccinatie werd, op een enkele uitzondering na, niet ontmoet.
Besmettelijke vrouwenziekten en syphilis alsmede besmettelijke oogziekten kwamen vrij dikwijls voor. Twee personen met wonden door tijgers toegebracht, werden poliklinisch behandeld.
De polikliniek werd bezocht door 512 personen. Op de töurnées naar de zuidelijke nederzettingen werden 81 patienten behandeld, w. o. 13 met framboesia, 20 metfebris intermittens en 12 met tertiaire syphilis.
Sabang. Bevolkingssterkte: Europeanen 105, Inlanders 1700, Vreemde Oosterlingen 1294 (w. o. 1019 Chineezen).
De regenval bedroeg 2318.5 m. M. in 150 regendagen.
De gezondheidstoestand was over het algemeen vrij gunstig; van de zeer vlottende Atjehsche bevolking is hieromtrent weinig te zeggen.
Ofschoon malaria hier steeds voorkomt, hebben de maanden November, December en Januari beslist eene grootere morbiditeit. De meest vo nkomende vorm is de malaria tropica. Gevallen van zwartwaterkoorts komen zooals vroeger niet meer voor.
Beri-beri kwam bijna uitsluitend bij de contractkoelies voor; zij trad op sommige tijdstippen plotseling vrij hevig op. Ook bij koelies, die gevoed worden met Javarijst, die als padi bewaard, eerst 8—10 dagen vóór de versche-