Geneeskundigen Dienst betrekking hebbende archiefstukken en publicaties, de Commissie zich voor haar taak degelijk kon voorbereiden.
Zich beroepende op de ervaring harer leden en door bestudeering der geschriften van de Doctoren Bervoets, Gersen, Kohlbrugge e. a. meent de Commissie te mogen verklaren, dat het tafereel, dat Dr. van Buuren ophangt van de mishandeling van de barende Inlandsche vrouwen door de doekoens baji overdreven moet worden genoemd. Zij is het met bovengenoemde geneesheeren geheel eens, dat er dringender aangelegenheden bij den Burgerlijken Geneeskundigen Dienst zijn, die voorziening vereischen en binnen het bereik der mogelijkheid liggen, terwijl de opleiding der Inlandsche vroedvrouwen eerst dan met goed gevolg ter hand kan worden genomen, wanneer goed ingerichte ziekenhuizen de bevolking bewegen, om hun zieken en barenden (als leermateriaal) aan ons toe te vertrouwen.
Hiermede wordt niet ontkend, dat er jaarlijks een vrij groot aantal vrouwen en kinderen ten gevolge van onvoldoende kennis dier doekoens komt te overlijden, die bij een deskundige behandeling in het leven hadden kunnen blijven. De Commissie betwijfelt alleen of dit aantal wel zoo groot is, als Dr. van Buuren indertijd opgaf en nu wederom publiceert, zonder de namen te noemen van personen als Dr. Gersen, Dr. Bervoets en Dr. Kohlbrugge, die even bevoegd zijn als hij en daarop kritiek hebben uitgeoefend.
Professor Treub gaat nog verder en beroept zich in zijn, de brochure van van Buuren aanbevelende, voorrede op Dr. Bervoets, terwijl Zijn Hoog Geleerde toch kon weten, dat deze geneesheer indertijd tegen de, in die brochure voorkomende mortaliteitscijfer's heeft geprotesteerd en het onmogelijk met de, door Dr. van Buuren aangegeven en op dwang berustende oplossing van het verloskundig vraagstuk eens kan zijn.