precies gelijk doen blijven: wanneer we hem vandaag nauwkeurig laten vertellen, wat hij zich nog herinnert, en we laten dit na een veertien dagen nog eens herhalen, dan zullen we zien, dat zijn beschrijvingen niet gelijk zijn, dat hij zich nu dus oogenblikken herinnert, waarvoor eerst herinneringsverlies zou hebben bestaan, en omgekeerd.
Maar al is de amnesie het verschijnsel, dat meestal het eerst de aandacht op een pathologischen toestand vestigt, daarop alleen behoeft de diagnose schemertoestand niet gesteld te worden. In de eerste plaats is de pathologische roes geen op zich zelf staande ziekte, evenmin als een krampaanval, maar zooals Ziehen ') zegt slechts „eine einmalige Entladung einer lange dauerenden Krankheit". Een dispositie moet aanwezig zijn en verder moeten auxiliaire momenten medewerken. De dispositie wordt meestal gevormd door een psychopathische constitutie, veelal door erfelijke belasting verkregen, waarbij dan van huis uit, z.g. intolerantie tegen alcohol bestaat, maar ook zien we ze dikwijls later optreden bij chronische alcoholisten, waar plotseling kleine alcoholdosen tot zware bewustzijnstoornissen aanleiding kunnen geven. Zorgvuldig hebben we dus de anamnese op te nemen, waarbij we ons natuurlijk niet mogen bepalen tot de opgaven van den onderzochte, maar zooveel mogelijk objectieve gegevens moeten trachten te verzamelen. Als auxiliaire momenten werken heftige affecten, verder sterke vermoeienis en oververhitting, hier in de tropen bv. langere marschen in de zon, excessen in venere enz. Verder geelt de schemertoestand behalve de amnesie nog andere karakteristische verschijnselen nl:
le een bruusk verloop — het begin is scherp afgebakend, de duur is kort, eenige uren, het einde is ook scherp na een kritischen slaap.
2e dissociatie — het los worden van den samenhang in
!) Lehrb. der Psychiatrie. 3". aufl. pag. 470.