had gewerkt, daar herhaaldelijk koorts had gehad, daarvoor naar Singapore en Penang was gegaan, op welke plaats hij twee maanden was gebleven, en dat hij daarna naar Batavia was vertrokken, waar hij thans sedert twee maanden woonde. Twintig dagen geleden kreeg hij diarrhee, die door het houden van dieet was verdwenen, maar vier dagen voor zijn binnenkomst in het hospitaal had hij hooge koorts gekregen, waarbij het buiklijden ide patiënt noemde het dysenterie) weer was begonnen. Wij zullen bij dit hospitaalverblijf van onzen lijder niet lang stilstaan, omdat hij daarbij niet de verschijnselen vertoonde, die ons op het oogenblik bezighouden, maar alleen daarvan mededeelen, dat hij koortsvrij in het hospitaal kwam, maar na een dag of vijf hooge koorts kreeg, waarbij tertianaparasieten in het bloed werden gevonden, welke koorts direct 11a chininegebruik verdween. De buikklachten berustten op een bijkomende darmkatarrh, die spoedig genas. Patiënt gebruikte eerst dagelijks een gram chinine tot hij vier dagen koortsvrij was, en daarna des Zaterdags en Zondags een gram. Toen hij 19-7 het hospitaal hersteld verliet, kreeg hij een voorraad chininepillen mee, om de nabehandeling voort te zetten.

20 November 1904 kwam patiënt weer in het hospitaal. Hij had toen weer sinds een maand van tijd tot tijd koorts, en sedert een dag of zes ook weer diarrhee. Sedert het terugkomen der koortsen heeft patiënt ook last van dikke beenen (oedeem) gehad, die door bedrust weer dun zijn geworden- Daarbij heeft zich in de laatste dagen nog het verschijnsel gevoegd, dat hij bijna niet meer kan loopen- Eetlust slecht, braken, s'Nachts pijnen in de beenen (kuiten). Gevoel van doofheid in de handen. Urineloozing normaal; geen incontinentia alvi. Ontkent lues en alcoholmisbruik.

Hij kwam binnen met koorts; in het bloed werden tertianaparasieten van allerlei leeftijd in vrij groot aantal aangetroffen.

Aan de ziektegeschiedenis ontleen ik het volgende: Mager, bleek individu met goed ontwikkeld been-, matig ontwikkeld spierstelsel. Slijmvliezen bleek, tong beslagen. Pols 100, reg-, aequaal, vol, week. Pulmones geen afwijkingen. Cor matig naar rechts gedilateerd, tonen zwak maar zuiver Milt naar beneden niet vergroot; de miltbovengrens staat echter bij percussie in de axillairlijn in de zesde intercostaalruimte. Lever niet vergroot Drukgevoeligheid in de fossa iliaca dextra.

Regio infraorbitalis links meer ingezonken dan rechts; linker mondhoek staat iets lager dan de rechter; beide faciales functioneeren evenwel symmetrisch en normaal.