Haan 42. Ziek met afgewerkte rijst.

12—3 Loopt slecht en is sufferig. Voortaan gabba en k. i. Valt om als hij opgejaagd wordt.

14—3 Begint reeds goed vooruit te gaan.

17—3 Loopt weer uitstekend.

19—3 Geheel hersteld. Gedood voor antiserum.

Haan 31. Ziek met afgewerkte rijst.

11—2 Sterk paretisch, kan bijna niet staan. Voortaan gabba en k. i.

13—2 Heeft nog krampen. Loopt achteruit als hij overeind wordt gezet.

18—2 Weer normaal.

25— 2 Van nu af weer afgewerkte rijst.

17—2 ls weer ziek, heeft spasmen en paresen.

18—3 Gedood voor orgaanextracten.

19—3.

ANTISERUM. Contró)e

ANTIGEEN. antigeen.

1:10 1:50 1:100 s

Serum. 1: 10 volledig, volledig, volledig. volledig.

„ 1:50 „ „ »

1:100

„ 1: 150 „ n »

Bloedkoek. 1:10 „ „ „ »

„ 1:50 „ n »

„ 1: 100 „ n »

„ 1:150 „ „ »

Milt. 1:23

„ 1:50 „ » »

1:100

„ 1: 150 „ ,, n

Lever. 1: 10 „ „ „ »

„ 1:50 „ » »

„ 1: 100 „ „ «

„ 1: 150 „ » »