Haan 26. Ziek met afgewerkte rijst.
29—1 Duidelijke gangstoornissen. Voortaan gabba en k. i. 2—2 Is weer monter en loopt goed.
10—3 Geheel beter. Gedood voor antiserum.
Haan 40. Ziek door afgewerkte rijst.
9—2 Duidelijke paresen, suffig, gedood voor orgaanextracten
11—2.
ANTISERUM. _ .
Controle
ANTIGEEN.
1:10. ' 1:50. 1:100. antlgeen'
Serum 1:10 volledig volledig volledig volledig
n 1 ■ 50 n n n 1:100 1:150
Bloedkoek 1:10 „ „ „ „
n ^ • 50 ff ft 1:100
» 1.150 ff | ff ff Milt 1:10 spoor troebel spoor troebel spoor troebel spoor troebel
„ 1:50 volledig volledig volledig 1:100
n 1.150 ff ff ff
Lever 1:10 „ „ „ volledig 1 •'SO
» 1 ff ff ff 1:100
ff 1.150 ff ff ff
Zenuwen 1:10 „ „ „ „
tf 1 • 50 ff tt n 1:100
ff 1:150 ff JJ tf
Beenmerg 1:10 „ „ ,, ».
ff 1:50 ff ff n 1:100
ff 1.150 „ ft »
Serum van herstelde kip met haemolytisch systeem: volledige haemolyse. Haemolytisch systeem alleen: „ ,,
Physiologische keukenzoutoplossing alleen: kleurloos bezonken