27-11 kan niet meer loopen.
29-11 opisthototonische krampen; dyspnoe; dood.
4. Ziek door afgewerkte rijst.
18-11 loopt onvast en zakt door. Voortaan 3 G. praeparaat A.
20-11 zit steeds met den kop in de veeren, loopt slecht.
22-11 kan niet meer staan.
23-11 sterke dyspnoe. 's Middags dood.
Serie 6.
Proeven met katjang-idjoe-praeparaat B.
1. Ziek door afgewerkte rijst.
7-12 Zit in elkaar en laat zich niet opjagen. Praeparaat B.
8-12 duidelijk paretisch; cyanose; dyspnoe.
9-12 toestand als gisteren.
10-12 zeer miserabel; 'savonds dood.
2. Ziek door afgewerkte rijst.
9-12. duidelijke verlammingen. Praeparaat B.
10-12. is zeer ellendig, 's Middags dood.
3. Ziek door afgewerkte rijst.
9-12. Zit in elkaar, loopt moeielijk, valt om, als hij opgejaagd wordt; praeparaat B.
10-12. geen vooruitgang.
11-12. kan niet meer staan.
13-12. dood.
4. 12-12 ziek 13-12 dood.
5. Ziek door afgewerkte rijst.
12-12 duidelijke gangstoornissen; overigens gezond. Van nu af praeparaat B.