anders dan dat de tweede pulmonalis sterker is dan de tweede aorta, een verschijnsel, dat indertijd door Dr. Backer Overbeek op den cursus voor tropische ziekten bij 60 van 108 daarop onderzochte, gezonde Inlandsche en Atnboneesche militairen, die nooit beri-beri hadden gehad, is aangetroffen en dat dus op zichzelf zeker geen beri-beri bewijst. Weer anderen hebben als eenige bijkomende afwijking het ontbreken van de kniereflex. In deze en dergelijke gevallen is het niet overbodig, de vraag naar het verband van het hydropericard met de beri beri aan de orde te stellen. Voor mijzelf aarzel ik niet, haar bevestigend te beantwoorden. Hydropericard kan natuurlijk niet „spontaan" optreden. Nu kunnen wij in al deze gevallen alle andere bekende oorzaken met zekerheid uitsluiten. Een stuwingsverschijnsel is het hier evenmin als een gevolg van anaemie of hydraemie, omdat daarvan bij deze patienteiï eenvoudig geen sprake is. Voor plaatselijke circulatiestoornissen door carcinoom of tuberculose van het pericard of door verkalking der aa. coron. cordis is evenmin een spoor van waarschijnlijkheid aanwezig. Ook kan niet worden gedacht aan de mogelijkheid van op zichzelf staand hydropericard door de eene of andere intoxicatie; voor zoover mij bekend, komt dit alleen voor na inspuiting van groote hoeveelheden verdunde ferrocyankaliumoplossing.

Wij vinden dus in geen der andere bekende oorzakelijke momenten een verklaring. Waar wij nu weten, dat hydropericard in het verloop van beri beri veelvuldig voorkomt, terwijl onze patienten verblijf hielden in een omgeving, waar zeer veel beri beri ontstaat, daar komt het mij verreweg het meest waarschijnlijk voor, dat ook deze, zonder andere verschijnselen optredende hydropericardia onder den invloed van beri beri ontstaan zijn. Bewijzen kan ik dit natuurlijk niet; daarom heb ik de katjang-hidjoestatistiek zoowel met als 'zonder meetellen van deze gevallen opgemaakt.

Klinisch is in ieder geval het optreden van dergelijke