het eten van perziken, andere die door het innemen van joodkalium zich zeker een recidief op den hals kunnen halen.

Het zou niet moeilijk vallen meer dergelijke voorbeelden aan te halen. Dit zal echter niet noodig zijn om U te overtuigen.

Wij kunnen in deze gevallen geen andere verklaring denken, dan dat het koude vatten, de verftioeienis, de joodkali enz., bij die bepaalde personen eigenaardige veranderingen in het lichaam teweeg brengen, waardoor de reden, die hen in staat stelde ondanks de aanwezigheid van specifieke mikroorganismen in hun lichaam gezond te blijven, ophield werkzaam te zijn. En daar dergelijke merkwaardige verschijnselen zich slechts bij een gedeelte, sommigen zich slechts bij zeer enkelen der geïnfecteerde, maar niet zieke menschen voordoen, kunnen wij niet aan de gevolgtrekking ontkomen, dat verschillende individuen op de zelfde agentia verschillend kunnen reageeren.

In het algemeen gesproken blijkt het dus, dat een enkele oorzaak, zelfs al is zij een specifieke, niet voldoende is, om een bepaalde groep van verschijnselen te doen optreden, maar dat verschillende factoren daarbij werkzaam moeten zijn. Het is daarbij mogelijk, dat er een voorwaarde is, zonder wier vervulling de verschijnselengroep nooit optreedt, terwijl het voldoende is, dat er van de andere factoren maar eenige aanwezig zijn. A priori staat dit echter niet vast. De pneumonie kan zoowel door pneumococcus Frenkel, als door bacillus pneumoniae Friedlander veroorzaakt worden.

Wie dus bij het onderzoek naar de aetiologie eener ziekte slechts van één alleenzaligmakende oorzaak wil weten, komt in den regel niet tot een resultaat. Dit heeft men bij de beriberi maar al te vaak uit het oog verloren, en daardoor is veel werk gedaan, dat weinig vrucht heeft gedragen, daardoor hebben verschillende schrijvers elkaar verketterd, en zijn dikwijls goede waarnemingen verkeerd uitgelegd en in het vergeetboek geraakt.