dit met even kwistige hand in de eerste als in de laatste zeven jaren van zijn militairen tijd):

In het kwartier om geld te spelen, zich ziek te melden en niet ziek bevonden, mankeeren op appels, niet behoorlijk gekleed voor zijn nachtleger bevonden; orders van groepscommandant niet op te volgen, niet stilstaan in het gelid, onzindelijk gekleed bij de inspectie te verschijnen, uit onachtzaamheid een order van een meerdere niet opgevolgd, slecht geëxerceerd en herhaald gelachen ; ongepast en hoogst onordelijk gedrag, te rooken op de chambrée. Alles en alles tezamen is hij meer dan 170 malen gestraft.

Thans zijn krijgsraad-processen: de stukken waren ter inzage gevraagd.

I. 7 December 1895 werd hij vermist. Volgens zijn eigen verhaal (zie verhoor van den 24sten Nov. 1896) zou hij weggeloopen zijn, omdat hij wegens zijn vele straffen geen verlof kon krijgen om zijn moeder te bezoeken, die te Bandoeng woonde.

Hij liet zich te Batoe Djadjar voor de tweede maal engageeren; dit ging heel gemakkelijk, want de werver van vroeger was inmiddels overleden. Ook de vorige loerah was door een ander vervangen en zoo kon hij op bedriegelijke wijze de noodige stukken verkrijgen om in dienst te treden. Op zijn nieuwe standplaats onmiddellijk herkend, komt hij voor den krijgsraad en legt een volledige bekentenis af.

Uit een psychiatrisch oogpunt levert dit proces niets bijzonders op: niemand geeft eenige aanwijzigingen omtrent zijn psyche.

II. 25 November 1898 's morgens om 6 uur, zoo luidt de klacht, toen hij met cachot gestraft zijnde, tegelijk met de overige arrestanten na afloop van het baden naar de arrestkamer zou worden geleid, heeft hij den Europeeschen korporaal bij de bewakingscompagnie van het strafdetachement te Ngawi, moedwillig en van diens kwaliteit volkomen bewust, met de rechter vuist op de rechterzijde van de borst een slag toegebracht, zonder dat hiertoe eenige aanleiding bestond. Beklaagde zegt eerst dit gedaan te hebben, omdat die korporaal hem den vorigen middag niet tijdig genoeg naar zijn zin de arrestkamer heeft geopend om deze te luchten, maar laat er op volgen: „Ik heb liever een andere straf dan hier als ingelijfde bij „het strafdetachement te dienen: ik wil nu eenmaal hier vandaan . De Officier van Gezondheid (ondervraagd aangaande de mutatie in het strafhoek: krankzinnigheid te simuleeren, etc" verklaart: „De „fuselier Marsai alias Arba was in het hospitaal opgenomen, omdat hij