zich sterker doet gelden dan door de objectief waarneembare verschijnselen kan worden verklaard. Dit leidt tot het vermoeden, dat misschien in het darmkanaal toxische stoffen worden geresorbeerd, die voornamelijk een invloed uitoefenen op het centrale zenuwstelsel en dat die stoffen zijn van bacterieelen oorsprong. Nu is dit natuurlijk mogelijk doordat aan het organisme vreemde microben daarin zijn binnengedrongen, maar het is ook denkbaar, dat normaal daarin aanwezige micro-organismen door de eene of andere oorzaak in staat zijn geworden werkelijk giftige of giftiger stoffen dan gewoonlijk voort te brengen of dat deze stoffen, door b. v. insufficiënte werking van de lever, in de groote circulatie komen.
De aan het normale organisme vreemde bacteriën kunnen door allerlei kweekmethoden worden opgespoord, maar zelfs zonder dat kan men door het nagaan van verschillende biologische reacties een waardevolle aanwijzing vinden, die ten slotte tot het maken van een juiste diagnose in staat stelt. Waar een klassiek geval van typhus abdominalis den ervaren klinicus voor zijn diagnose geen groote moeielijkheden in den weg legt, moet hij toch in menig geval, waarbij men zich vroeger met de niets zeggende omschrijving van febris gastrica, febris intestinalis, febris ephemerea etc. tevreden stelde, tot genoemde hulpmiddelen zijn toevlucht nemen om eerst door deze tot de kennis te komen, dat hij te doen heeft met gevallen van typhus ambulatorius, levior, levissimus of occultus, paratyphus etc.
Met de bacteriën, die in den normalen toestand reeds bewoners zijn van het menschelijk lichaam, is het echter een geheel ander geval.
Onder deze vraagt natuurlijk in de allereerste plaats het bacterium coli commune onze aandacht, omdat het van die microbe bekend is, dat zij virulent kan worden ook binnen den darm en aanleiding geven tot ernstige ziekteverschijnselen en dat zij oplosbare toxinen voortbrengt, die zelfs ern-