10—2'08.

_„„_oooo

ooooocntoo cn^tooo — — — cn

Shiga . ... + ± + — — — — —

Kruse. . . . + + — — — — — —

Flexner ...+ + ± + + — — —

Cetti ....+ + + ± ± ± + + ')

E2....+ — — — — — — —

W7....+ _______

Intusschen hadden wij ons vergelijkend onderzoek over de cultuureigenschappen der verschillende stammen voortgezet en was ons daarbij gebleken, dat de van KRaL ontvangen vier stammen in alle opzichten met dysenterie overeenstemden, maar dat zij op lakmoesmannietagaragar gekweekt dezen rood maakten, terwijl in peptonwater na 8 dagen geringe hoeveelheden indol konden worden aangetoond. Aan verontreiniging kon dit niet worden toegeschreven, zooals ons door herhaalde plaatculturen bleek. Wij staan dus weer voor de vraag, waren de ons door KRaL gezonden culturen wel echte dysenterie-bacillen, of zijn misschien zijne bacillen door lange cultuur in sommige eigenschappen veranderd?

Wij beproefden daarom ook nog deze bacillen te agglutineeren met het droge agglutineerende serum uit Bern; hierbij bleek dat de stam Kruse in 't geheel niet, de stam Cetti niet sterker geagglutineerd werd, dan de contröle. In den stam Flexner traden in de verdunning 1/40 duidelijk stervormige groepen op, die in het contrólepraeparaat ont-

Controle ook een weinig geagglutineerd.