in die organen wel degelijk tuberkelbacillen aanwezig waren.
Het behoeft geen nader betoog, dat de zeer belangrijke operatie, waaraan de slechts drie weken oude biggen onderworpen waren, en het onmogelijk maken van alle beweging, waardoor hun lichaamstemperatuur belangrijk moet zijn gedaald, deze dieren onder zoodanig ongewenschte voorwaarden hebben gebracht, dat die'voor een gedeelte schuld zijn aan de verkregen resultaten. Oberwirth en Lydia Rabinowh sch wijzen er dan ook zelf reeds op, dat hun proeven voor de oorzaak van de long-tuberculose niets bewijzen. Maar wel hebben hunne proeven de mogelijkheid aangetoond, dat tuberkelbacillen uit den darm in het bloed en in de organen kunnen geraken.
Ik was in de gelegenheid een analoge proef te nemen, maar op een vele malen grooter dier: een volwassen, ongeveer 6 jaren ouden karbouw. Met opzet werd door mij de karbouw gekozen, omdat, althans voor zoover bekend is, dit dier uiterst zelden aan tuberculose lijdt. Hier te lande werd bij de vele karbouwen, die dagelijks geslacht worden, er nimmer een aangetroffen met deze ziekte behept.
Kanzelmacher ') bericht, dat hij onder 20715 geslachte buffels er slechts 5 aantrof, die aan tuberculose leden, en Prettner 2) verklaart hen voor volkomen immuun.
Bovendien kwam de karbouw mij voor zoodanige proefneming bijzonder geschikt voor, omdat hij zulk een buitengewoon groote maag (pens) heeft en een kleine hoeveelheid daarin gebrachte bacillen, door de vermenging met het voedsel tijdens de digestie, belangrijk verdund wordt. Ook gebruikte ik een veel kleiner hoeveelheid bacillen dan Oberwirth en Lydia Rabinowitsch. Ongeveer 5 m. gr. bacillen, afkomstig van een versche aardappelcultuur, gekweekt uit een aan
') Kanzelmacher. Zur Frage über die Tuberculose der Biiffel. Jahresbericht der Veterinarmedizin 1901.
J) Prettner. Beitrag zur Rassenimmunitat. Centralbl. für Bakt. 1900, dl. 27.