iarven leefden, en dat deze twee plaatsen niet afhankelijk waren van het terrein, doch ontstaan waren door den bouw van een rond gemetselden boog, tegen een muur aan, waardoor een doode hoek was gevormd.

Het derde is, dat niettegenstaande in 12 maanden tot 25 keer toe, in de Europeesche mannenafdeeling, anopheles werden gevonden, in die afdeeling slechts één malariageval zich voordeed, daarentegen in de Inlandsche mannenlandbouw-afdeeling 10 keer anopheles werden gevonden met 42 malariagevallen, en in de vrouwen afdeeling 26 keer anopheles met 78 malariagevallen.

Dit verschil is te frappant, dan dat er geen reden voor zou zijn.

Uit de kaart blijkt ons, dat de Europeesche mannen-afdeeling aan de noord- en zuidzijde ingesloten wordt door respectievelijk de vrouwen-afdeelingen en de landbouwkolonie Inlandsche mannen met de aangrenzende kampong onzer Inlandsche verplegers. Ten westen wordt ze begrensd door de woningen der geneesheeren, die van den hoofdverpleger en de tweede klasse mannen-afdeeling. Aan den oostkant staat ze echter open en grenst daar hoofdzakelijk aan de koffietuinen.

Daar plasjes, die gedurende langen tijd blijven staan, en dus broedplaatsen voor anopheleslarven zouden kunnen worden, uit den aard der zaak in het gesticht niet gemakkelijk voorkomen, en deze afdeeling sedert een reeks van jaren van drie zijden beschut is gebleven tegen een invasie van anopheles uit de terreinen om het gesticht heen, zou de eenige mogelijkheid nog zijn, dat anopheles uit het oosten, waar de afdeeling tegen de koffietuinen aanligt, binnenkwamen.

Zoo als wij reeds schreven, kenmerken deze koffietuinen zich door groote droogte, daar ze steeds goed diep werden, en nog steeds worden omgewerkt, zoodat plasjes zich in het mulle zand niet kunnen vormen.

Het waren de eenige terreinen, waarin wij gedurende het geheele jaar, dat ons onderzoek duurde, geen plasjes, dus