Praag ') het geval. Deze noemt slechts dien vorm gegeneraliseerde vaccine, die ontstaan is als uiting van een algemeene infectie, evenals bij variola. Ook Sitsen 2) vindt voor een door hem beschreven geval een algemeene infectie de waarschijnlijkste. In mijn geval zien we bij een vrouw, 10 dagen na de inenting, plotseling koorts optreden, beginnende met pijn in de keel, waarna te gelijker tijd over het geheele lichaam een maculeus exantheem ontstaat, dat spoedig pustuleus wordt. Ik geloof niet dat hier een andere uitlegging, dan de verbreiding van het virus langs de bloedbaan, mogelijk is. Bij nauwkeurig onderzoek was geen spoor eener jeukende huidziekte te vinden en men vindt de eruptie op den rug zelfs op plaatsen, die met de handen ternauwernood te bereiken zijn.
De pathogenese van de beschreven aandoening is nog weinig opgehelderd. Danziger wil voor de door hem waargenomen gevallen een verhoogde virulentie van het virus verantwoordelijk stellen. Voigt meent dat er een verhoogde neiging van de huid tot het vormen van uitslagen in het spel is. De door mij waargenomen pat. was van 34 personen, die in haar kampong ingeënt werden, de eenige die d^ complicatie kreeg. Er blijft dus wel niet anders over dan in het beschreven geval een bijzondere gevoeligheid voor het vaccinevirus aan te nemen.
De prognose dezer aandoening is zonder uitzondering gunstig; de litteekenvorming blijft steeds zeer oppervlakkig, gewoonlijk minder sterk dan bij de oorspronkelijke vaccinepuisten. Hierdoor onderscheidt deze complicatie zich gunstig van de gevallen, waarbij op eczemateusen bodem secundaire pustels optreden. Bij de laatste werd verschillende malen letale uitgang beschreven.
Wat het bovenstaande geval wellicht nog iets belangrijker maakt is, dat het een volwassen persoon betreft. De mij
') Mendes da Costa en van Praag, Leerboek der dermatologie.
2) Ned. Tijdschr. v. Geneesk. 1906 2de helft No. 20.