De vraag, langs welken weg de vaccinia generalisata ontstaat, is nog steeds niet ten volle beslist. Terwijl de Franschen reeds lang een haematogene-verbreiding aannemen, dachten de Duitschers meer aan autoinoculatie door mechanische verspreiding van het virus. Zoo vond ik in een statistiek van Stumpf '), die bericht over 176261 eerste inentingen, een groot aantal gevallen vermeld, waarbij op den bodem van eczeem en intertrigo accidenteele pokpuisten optraden; daarnevens deelt hij echter ook een geval mee, waar zich bij een kind met gezonde huid, behalve de oorspronkelijke vaccinepustels, op den arm en op het been een eruptie van talrijk pustels bevond. Hij vond het zeer merkwaardig, dat de moeder niet kon toegeven, dat het kind zichzelf al die pustels had toegebracht. Baginsky (1. c.) onderscheidt 2 vormen van gegeneraliseerde vaccine, de eene met locale verschijnselen, die door autoinoculatie ontstaat, en een universeele vorm, wier ontstaanswijze hij in het midden laat. Veel verder gaat Hochsinger 2). Deze neemt een haematogenen oorsprong aan, ook wanneer geen universeele eruptie optreedt, maar deze beperkt blijft tot de omgeving der oorpronkelijke inentingsplaats. Ook Danziger (1. c.), die een zaalinfectie van 6 gevallen waarnam, is geneigd een ontstaan „von innen heraus" aan te nemen. In een recente mededeeling van Voigt 3) vestigt deze er de aandacht op, dat met den naam generale vaccine slechts de langs haematogenen weg ontstane uitslag mag aangeduid worden. De op andere wijze ontstane accidenteele pustels bestempelt hij met de namen vaccina secundaria en eczema vaccinatum. Hij volgt hierin dus geheel de opvatting der Fransche schrijvers. Dit is ook bij van

') Ergebnisse der Schutzpockenimpfung im Königreich Bayern im Jalye 1905. Bijl. Mtinch. m. W. schr. 1906 No. 50.

2) Wiener med. Wochenschr. 1906 No. 46.

s) Münch. med. Wochenschr. 1907 No. 38.