Vergadering op 28 December 1907.
De heer Baermann demonstreert een patiënt lijdende aan gonorrhoe, met gonorrhoisch exantheem over 't lichaam verspreid, nl. kleine papels met epitheliale blaasjes in 't centrum.
Verder demonstreert hij eene vrouw, die leed aan gonorrhoische aandoening der inwendige genitalia, terwijl daardoor tevens eene verkorting van het ligamentum vesicale mediale was ontstaan, zoodat de blaas in de hoogte getrokken werd en de vrouw niet urineeren kon; na exstirpatie van het verkorte ligament heeft ze nu normale mictie.
Nog demonstreert hij eene vrouw, die geopereerd was wegens occlusie van den darm met peritonitische verschijnselen en salpingitis.
Verder laat hij een milt met ruptuur zien, gevonden bij een Klingalees, wien een ossenkar over de miltstreek was gereden; 6 dagen na de operatie stierf de man tengevolge van een etterinsproces uitgaande van het extraperitoneale deel van het colon.
De heer Eckersdorff demonstreert eenige anatomische
praeparaten.
Ie Een nier met een in het niérbekken vastzittende en slechts gedeeltelijk afsluitende steen, zoodat bij het leven geen verschijnselen optraden.
2e Een milt met tumor, veel gelijkende op tumoren welke in de milt bij planteneters wel eens worden aangetroffen. 3e Een arteria basilaris cerebri met endarteriitis luetica en een thrombus rijdende op de splitsing dier arterie, van dezelfde sectie verweekingshaardjes in den thalamus opticus en verdikking in de serosa van milt en lever. 4e Een ver voortgeschreden levercirrhose, afkomstig van eene patiënte gestorven aan eene haemorrhagische ontsteking van den geheelen dikken en dunnen darm. 5e Een struma met parenchymateuse hypertrophie, colloidmassa's en kalk. Een maranthische thrombose in het