Door te vertrouwen op de klinische diagnose worden vele vergissingen begaan. Hierdoor worden niet alleen de patiënten geschaad, maar wordt tevens het wetenschappelijk peil der medici verlaagd, daar het aanleiding geeft tot slecht onderzoeken. Ook voor een consequente nabehandeling is het van het grootste belang, dat de diagnose onwrikbaar vast staat.
Het mikroskopisch onderzoek vergt veel tijd en hierin is een bezwaar gelegen, hetgeen echter opgeheven kan worden door personeel voor dat onderzoek op te leiden, zooals dit in de Duitsche koloniën reeds met succes is geschied. Waar de medicus dit personeel steeds moet kunnen controleeren, zoo is een eerste eisch dat ieder geneesheer, werkzaam in de tropen, het onderzoek grondig kent.
In sommige streken is het spoedig pernicieus worden der malaria-aanvallen een bezwaar om met de therapie te wachten, totdat de diagnose mikroskopisch is vastgesteld. In zulke gevallen kan men met chininetoediening niet wachten, doch mag tevens het maken van een praeparaat niet verzuimd worden. De behandeling van acute malaria-aanvallen te laten berusten op het mikroskopisch beeld der bloedpraeparaten op achtereenvolgende tijden vervaardigd, moet ontraden worden. Deze methode is tijdroovend en laat in de praktijk menigmaal in den steek. Evenmin is het aan te raden de chininetoediening afhankelijk te willen stellen van optredende intermissies; bij de tropicainfectie is dit een bepaalde fout, daar bij dezen vorm maar al te dikwijls intermissies geheel uitblijven.
Daarom stelt spreker voor bij duidelijk intermitteerende gevallen de chinine te geven 's avonds en's morgens, indien de aanval vóór 12 uur 's namiddags komt en 's morgens vroeg en om 12 uur indien de aanval na 12 uur's middags optreedt.
Bij remitteerende en continue koortsen geve men drie maal daags een chininegift. Dit zal het meest voorkomen bij