ROBIJNEN....
EN EEN MEISJE
DOOR LAWRENCE G. BLOCHMAN
DE DRAAD VAN HET VERHAAL NEGENTIENDE HOOFDSTUK
De gouverneur van Bengalen, Sir Anthony Daniels, wordt door de Engelsche regeering naar Londen geroepen. Hij vertrekt per Bambay-express met zijn echtgenoote en zijn twee secretarissen, Luke-Patson en kapitein Worthing, en met den maharadja van Zunjore als gast in het, gouverneursrijtuig. Kapitein Worthing, met Sir Daniels alleen, spreekt overeen verdenking jegens zijn persoon. Den volgenden ochtend wordt de gouverneur inden trein vermist. Te Howrah stapt een jonge Amerikaan in, Jack, Hawley, die een diamantmijn heeft ontdekt, maar door den handelaar Xavier gedwarsboomd wordt. Hij heeft ineen tabakszak zes robijnen bij zich. Zijn compagnon telegrafeert hem., dat hun vijand in, den trein zit. Inspecteur Prike stelt een onderzoek in en vindt den gouverneur dood ineen waschkamertje van den trein. Hij begint zijn verhoor van de verdachten met een jong meisje, dat zich Beatrice Jones noemt. Lady Daniels kan geen aanwijzingen geven; Jack Hawley, ernstig verdacht, wordt in arrest gesteld. Een dokter constateert, dat de gouverneur met blauwzuur vergiftigd is; Lady Daniels heeft blamvzuur bij haar groots bagage. Xavier heeft een handlanger gehuurd om inden trein de robijnen van Hawley te stelen. Deze maakt kennis met, Beatrice Jones. Nu worden Harry Neal, een persfotograaf, en Edward Breeze, een handels-, reiziger, in verhoor genomen. Xavier ontdekt waar Hawley zijn robijnen verbergt en laat hem door zijn helper den tabakszak ontstelen. Beatrice Jones, die door Xavier als madame Smeganoff wordt aangesproken, wijst naar den dader. Doctor Lenoir geeft (Mn zijn medereizigster juffrouw Klink een koffertje in bewaring. Een uitlating van Lady Daniels vestigt de aandacht van den inspecteur op Edward Breeze. Bij het, oponthoud van den express te Satna wordt de maharadja van Zunjore vanuit den trein doodgeschoten. Het vinden van zijn revolver en zijn bekendheid met Beatrice Jones maakt kapitein Worthing verdacht. Juffrouw Klink sluit. Martini, den handlanger van Xavier op. Hawley gaat op zoek naar den roover van zijn robijnen en achtervolgt Martini op den voortrijdenden trein. Met een schok slaat de Bombay-express plotseling stil. Hawley dringt een coupé binnen, waar hij Xavier en Martini aantreft.
Jack Hawley stond met zijn rug tegen het portier van dokter Lenoir’s coupé en beantwoordde de blikken van Xavier en Martini. „Laten we gaan zitten,” zei Xavier eindelijk. „Nog niet,” zei Hawley. „Ik heb eerst nog een appeltje te schillen met uw vriend hier.” „Mijn vriend !” Xavier keek Martini stomverbaasd aan. „Ik ken dien man heelemaal niet.” „Eigenaardig, dat u een wildvreemde huurt, om me te bestelen,” zei Hawley. „Om u te bestelen ?” Xavier bleef de grootst mogelijke verbazing veinzen. Hawley knikte. „Zoo verwonderd ?” vroeg hij. „Hoe komt ’t dan. dat u met hem in één coupé reist ?” „Dit is mijn coupé,” loog Xavier. „Ik ben aan ’t laatste station een beetje gaan loopen, en toen ik terugkwam, vond ik dien man hier. Waarschijnlijk net ingestapt.” »-Hij is al veel eerder ingestapt,” zei Hawley. „Hebt u... . Hoe heet je eigenlijk ?” „Wie, ikke * Giovanni Martini wat dacht je zei de man met de fez. „Wat heeft hij van je gestolen, Hawley ?” vroeg Xavier met vriendschappelijke belangstelling. „Zult u direct zien,” snauwde Hawley. „Trek je bovenkleeren uit, Martini.” „Trek. . . . wat f” „Eerst maar je bovenkleeren,” beval Hawley ; „dan zien we wel verder.” Martini sputterde woorden van protest. Hawley greep hem bij zijn kraag. „Schiet op,” zei Hawley, „anders scheur ik je den boel van je lichaam.” „Ja maar, hoor eens,” zei Xavier. „Je kunt iemand t0ch....” „Dat zie je, dat ik ’t kan, ” antwoordde Hawley wild.
Martini werd opeens gewillig. Gehoorzaam / J begon hij kleeren uitte trekken. Xavier keek V toe uit halfdichte oogen ; zijn neusvleugels trilde" als bij een konijn. Hawley griste liet mannetje eene kleedingstuk na ’t andere uit de handen, keerde het bimienste buiten en tastte de zoomen af. HIJ keek in Martini’s fez en schoenen en bekneep z'J11 sokken. Toen hij klaar was, begon liij nog eens va" voren af aan, en Martini liet zich tam fouilleeren, met een onnoozel gezicht.
Hawley vond n iets dan een zakmes en een tweedeklas-kaartje van Allahabad naar Bombay. Gevn spoor van den tabakszak, geen flauw spoor v-an robijnen. Hij liet liet mes en liet kaartje op den vloer vallen en gooide Martini de kleeren in ’t gezicht„Trek maar aan,” beval hij. Snel keek hij den coupé rond.
„Hoor eens, Hawley,” begon Xavier langzaan1» „je moogt dien man wel excuus....” „Wat zit er in die taseh ?” vroeg Hawley. 11 vinger wees naar liet zwarte koffertje op dell vloer. „Weet ik niet,” verklaarde Xavier naar waarheid„Waarom weet je ’t niet ? Je zei, dat ’t jouw coupe was hier !” „Ja natuurlijk, maar....” „Open die tascli!” commandeerde Hawley. „Maar Hawley, ben je nou gek f” protesteerde Xavier. „Je weet wat ik zoek,” blafte Hawley hem aan. „Maak open !” Xavier aarzelde. Hij had Martini met het koffertje den coupé in zien gaan. Wie weet wat Martini e» in had gestopt. Hawley kwam vlak voor Xavier staan. In zijll oogen gloeide al de toorn, dien hij had opgekropt sinds de ontdekking van Xavier’s verraad. Hij had zijn vuisten gebald. „Maak je ’t open of niet ?” Xavier bevochtigde zijn droge lippen. Hij bang voor de dolle vastberadenheid, die over den jongen man was gekomen. Maar hij had nog hulp ook. Martini. . . . „Ik wacht van jou geen bevelen af,” zei Xavier„lk ” Hawley’s vuist kwam opzij tegen Xavier’s kaak terecht. De halfbloed sloeg achterover, een hoek m-Hij zat op den vloer met één hand tegen zijn wang-Martini, die zich inmiddels weer aangekleed had. stond naar hem te staren. Hawley kwam naar Xavier toe, trok hem bij zijn oksels omhoog en gooide hem letterlijk den coupe door. „Maak nu open,” beval hij. Xavier keek om naar Martini en zei hem de tasch open te maken. De handlanger voldeed aan d®* verzoek. Hij vond inde eity-bag niets dan een langell zak, van boven met een dik koord dichtgebonden„Zie je, Hawley ?” zei Xavier. „Niets.” „Maak dien zak open,” beval Hawley. Martini plukte onhandig aan de knoopen. Zijll vingers beefden. Hawley bukte zich, raapte Martini’s zakmes vall den vloer, rukte het lemmet open, en gebood knoopen door te snijden. De opening van den linnen zak gaapte wijd. De dikte aan den bodem van den zak kwam 1. beweging, zette de linnen zijkanten strak. Marti111 gaf een schreeuw. Een afzichtelijke, afgeplatte k°P schoot omhoog uit de tasch en een lang, slank slang6® lichaam schuifelde snel naar buiten. Xavier deinsde ontzet achteruit en gooide II a"'le' bijna om. Martini sprong op een bank.
Dokter Lenoir mist. een. koffertje met, twee vergiftige slangen en juffrouw Klink, vertelt,, dat het door Martini bij zijn ontvluchting is meegenomen.
Ken ajzichtelijke, afgeplatte kop echoot, omhoog de tasch. (illustratie bij „Robijnen.... en eennit‘issflf