Enthousiasme na Supratest in Eindhoven, Hili leidt tot vergelijkende koffietests in huiselijke kriy gemalen koffie uit vacuum pakeslist lekkerder

De praktyk van elke dag leidt tot deze conclusie: De smaak van ons kopje koffie hangt af van GOED MAALSEL en VERSHEID!

Mevrouw K. Jansen-Peters telt, als lid van de uitslagcommissie in Eindho ven, de uitgebrachte stemmen.

„MIJN EIGEN STEM GAF DE DOORSLAG” „Of ik mij de koffiekeurtest hier in Eindhoven nog herinner? Als de dag van gisteren! De grote verrassing, toen bleek dat 70% van de bezoeksters Supra koffie had verkozen! Ik zelf 00k...! Zonder te weten had ik tegen mijn eigen bonenkoffie gestemd! Je denkt dan aan massasuggestie en daarom heb ik de test thuis maar eens herhaald. Ik heb namelijk een stel verwoede koffieliefhebbers aangetrouwd. Die laten zich niet op een leuk middagje ompraten. Zeker niet mijn schoonmoeder. We hebben hier toen samen koffie gezet, zij van haar eigen bonenkoffie, ik van Supra. We

hebben de maalsels vergeleken, de geur gesnoven en de twee zetsels apart geproefd. En terwijl ze wist, wat ze rook en zag en proefde, moest ze toegeven dat Supra echt lekkerder was. Verser, zei ze. Maar begrijpen deed ze het pas toen ik zei, dat Supra direct na het branden wordt gemalen en dan luchtdicht wordt verpakt, zodat ze altijd brandvers blijft.”

„IK LAAT ALTIJD EERST HET MAALSEL ZIEN!” „Ze zagen mijn foto in de bladen en daarom word ik nog al eens opgebeld door vrienden en kennissen. „Is dat nou allemaal waar?” vragen ze dan. Steevast zeg ik dan: „Kom maar en neem een pak van je eigen koffiebonen mee, dan kan je het zelf beoordelen.” Dan malen ze een zetsel in mijn molen en ik neem het pak Supra. „Vergelijk nu eens die twee maalsels”, zo begin ik, „het jouwe is wat ongelijkmatig, grotere stukjes en fijne jKiederkoffie door elkaar. Zie nu eens Supra: alle korrels even groot. Precies de juiste grootte

voor een goed extract en voordeligste afschenk. Iki dan ook meteen dat 4 normaal pak koffie altijd gi verliest. De vacuum-verp king van Supra houdt de| malen koffie brandvers, n alle smaak en geur. D doet de smaakproef de n Want als ze die twee kop koffie met elkaar vergelijk proeven ze echt wel dat Su[ geuriger en krachtiger is, v ler van smaak. Ik ben op( koffiekeurtest een stuk wijl geworden: waarom zou dan niet andere vrouwen v mijn ervaring laten profiteret

,EEN GOED KOPJE KOFFIE IS EEN WEET” Jk was altijd al zo’n beetje fcampioen-koffiezetster in de tennissenkring. Ik kon ge- niet geloven dat er lekkerder koffie bestond dan I zelf zette. Wel, in Gooiind hèb ik zelf gezet: van mijn igen merk bonen en van lupra. En toch had ik tegen pijn eigen merk gestemd, peur, maalsel, smaak... op llle drie punten had ik Supra verkozen. Het is dus fen kwestie van wéten. Je poet wéten dat koffie op een kpaalde manier gemalen moet bjn; dat gelijkmatig maalsel en korrelgrootte van belang voor [ie smaak zijn. Je moet wéten

dat door de zuurstof uit de lucht gewoon-verpakte koffiebonen in geur en smaak achteruit gaan. Dat is niet zo bij de verpakking van Supra. Het vacuumpak bewaart alle versheid en aroma. M’n koffiereputatie? Die is er alleen maar beter op geworden, sinds ik thuis nog al eens zo’n koffietest houd! Ik ben van eigenwijzer „koffiewijzer” geworden.”

Wie koffiewijzer wil zijn, gaat op Supra over. 1. Omdat Supra een bijzonder fijne koffiemelange is. 2. Omdat Supra direct na het branden op de juiste afschenkfijnheid wordt gemalen. 3. Omdat Supra, voor het behoud van alle geur en versheid, blijvend luchtdicht is verpakt! 4. Omdat Supra ook geuriger en verser smaakt. 5. Omdat gemalen koffie altijd nog gemakkelijker is dan zelf malen.

3UPRA koffiebrandvers gemalen af vaif*‘=“““ '^«n»akt 1 goed ' I

„Maar dat verslag is niet van mij,” zei Lucille. „De vrouw, die het huis in Grandkill voor je schoonhoudt, heeft gisterenavond de Record Slat opgebeld en de nachtredacteur heeft gezorgd, dat haar verhaal in de krant kwam. Het is helemaal buiten mij omgegaan. "

Paul lachte en greep haar hand, die ze in een smekend gebaar naar hem had uitgestoken. ~Terzake," zei Luther. „Waar is Sheilah?" ~Die kant uit," zei Benjy. „Ik zal het u wijzen." Hij liep op een drafje voor de anderen uit en sloeg het pad in dat naar de Rambles leidde. Bij het hol gekomen moesten de volwassenen bukken. Benjy viel op zijn knieën en zei: ~Daaronder zit ze."

Venouw M. de Bree-van Scherpen\erg op de Suprakeurtest te Hiherlum, waar Supra met bijna 75% mn van gewone bonenkoffies.

~Geen wonder, dat we ze gisterennacht niet gevonden hebben," zei Paul en riep: „Sheilah? Ben je daar?" ~Hij is er weer," zei Benjy „Wie is er weer?" „Die stoute jongen, die onze kaascrackers opgegeten heeft," zei Benjy. ~Nu is hij er weer en eet hij onze snoep op."

Luther gromde, liet zich op zijn knieën zakken en stak zijn hoofd naar voren. „Het meisje is er inderdaad niet," zei hij. „Hee, jochie, kom jij er eens gauw uit!"

„Nee," zei de jongen in het hol. ~Pas maar op," zei Benjy waarschuwend. ~Hij is van de politie." „We zoeken een klein meisje," zei Luther. „Sheilah Starr. Heb jij haar soms gezien?" ~Nee," zei de jongen.

„Een meisje met rood haar," zei Luther. ~Hij weet best, wie u bedoelt," zei Benjy. „Shee had bijna tegen Fritzie gezegd, dat hij hem moest bijten." „Fritzie?" zei Paul. „Wie is Fritzie?" „Weet u dat niet, vader?" vroeg Benjy met een verheugd lachje. „We hebben een jong hondje gevangen."

Zo herhaalde Mevrouw Jansen voor haar schoonmoeder de koffietest thuis.

Ik was altijd zo’n beetje kampioenkoffiezetster...

Lucille liet zich op haar knieën vallen en gluurde in het hol. „Je weet heel goed, welk meisje we bedoelen," zei ze. „Je hebt haar vanmorgen nog gezien. Ik wil de waarheid weten. Anders ben je nog niet gelukkig."

De jongen gaf geen antwoord; hij keek Lucille met grote, boze ogen aan. ~Rechercheur Luther," zei Lucille op onheilspellende toon, ~laat hem uw penning zien." Luther haalde met een plechtig gebaar zijn penning te voorschijn en de jongen zwichtte. „Misschien heb ik haar toch gezien," zei hij. „Ze is met die nare hond in een auto gestapt en weggereden."

~Waar is ze in die auto gestapt?" vroeg Luther. ~Op de parkeerplaats."

~Wie zat er achter het stuur?" „Dat kon ik niet zien." „Hoe zag die auto eruit?" „Het was een grote, roomkleurige auto met een zwart dak," zei de jongen. ~Ik zag haar en de hond instappen en wegrijden."

„Ik geloof vast, dat je ook het nummerbord gezien hebt," zei Luther. „Weet je nog wat erop stond?" ~Nee," zei de jongen. „Wacht even," zei Paul en nu liet hij zich op zijn beurt op zijn knieën zakken, tot hij het gezicht van de jongen in het donkere hol onderscheiden kon. ~Weet je misschien, welke letters er voor het nummer stonden? Was het misschien RO of RK?"

„Ze zagen mijn foto in de bladen”, zei Mej. A. C. M. Schuit, die met haar moeder in Arnhem aan de Suprakeurtest had meegedaan.

~RK,” zei de jongen. „Dat is Rockland County," zei Paul, terwijl hij weer opstond en het stof van zijn knieën klopte. „Ik had een vermoeden, toen hij het over een roomkleurige auto had. Landis heeft zo’n auto. Cora moet Sheilah gevonden en mee naar Grandkill genomen hebben. God zegene haar. Laten we een telefooncel opzoeken."

Maar Cora gaf geen gehoor. Ten einde raad belde Paul het kantoor van Arthur Landis en kreeg Arthur zelf aan de lijn. Deze zei: ~Nee, ik heb vanmorgen niets van Cora gehoord. Waarom denk je, dat zij Sheilah gevonden heeft?"

„We hebben Benjy gevonden, maar hij en Sheilah waren uit elkaar gegaan, " zei Paul. „Een jongen in het park heeft ons verteld, dat Sheilah in een roomkleurige auto is weggereden, zoals Cora er een heeft, met een kentekenplaat van Rockland County."

„God geve, dat het kind gelijk heeft," zei Arthur. ~Misschien zijn ze nog onderweg. Het beste is, dat wij ook naar jouw huis toegaan, als ik rechercheur Luther ertoe kan overhalen." ~Is de rechercheur bij je?" ~Met de handboeien in zijn zak," zei Paul.

Luther liet zich verbidden, zij het niet zonder tegenstribbelen. Maar de kinderen gaven de doorslag. Het was al erg genoeg, dat hun moeder vermoord was; als hij nu ook nog hun vader naar de elektrische stoel moest sturen. . .

Toen ze bij het huis van Landis kwamen, bleek de garage gesloten. „Het schijnt hier erg rustig te zijn," merkte Luther op, terwijl hij uitstapte. Paul liep naar de voordeur en belde aan. Na een poosje deed Cora zelf open. ~Is Sheilah hier?" vroeg Paul angstig. „Sheilah?" zei Cora met opgetrokken wenkbrauwen.

„Jij hebt haar toch gevonden?" „Waar heb je het nou in 's hemelsnaam over?" „Ben je vanmorgen dan niet in Central Park geweest?"