Kerstverrassing: een groote kerstboom met vele flikkerende lichtjes en aardige versieringen was in de zaal opgesteld. Nu moet U zich niet voorstellen dat het een van Hollands heerlijke dennenboomen was, die de een of andere weldoener ons voor dat doel had weten te bezorgen; neen zelfs geen tjemara-boom, die hier nog al veelvuldig in de tuinen voorkomt en een beetje op een denneboom gelijkt, Onze boom was heel eenvoudig samengesteld uit bamboelatten, die met levend groen waren bekleed en daarna overdekt met bladeren van de pakis hadji, die in den avond den boom deden gelijken op een naaldboom. Men zegt wel de liefde maakt vindingrijk, doch ’t gemis van een of andere zaak hier in de Missie nog veel meer!

Drie kerstliederen van N. Daamen, afgewisseld door declamatie, werden ten gehoore gebracht. Onze kinderen voelden, wat zij zongen. De solo vooral maakte veel indruk :

Kerstnacht, dierbaar aan ons harte,

Kindje, Kribbe, Herdrental

Englenzangen, eer toch sterf ik.

Voor ik U vergeten zal!

Blij geboortefeest des Heeren,

Telkens, telkens, als gij keert.

Vieren we U met blijde liedren.

De Englen hebben ’t ons geleerd!

Wat voelt de Javaansche jeugd toch veel voor ’t heerlijke, aandoenlijke Kerstfeest!

Nu was de uitdeeling der geschenkjes aan de beurt. Die staken erg af bij die der vorige jaren. Vroeger ontvingen we van groote Import-firma’s nog wel eens een kist met aardige monsters speelgoed, doch de betreffende firma had ons dit jaar niets van dien aard kunnen sturen. Uit Holland ontvingen we dit jaar ook al niets. Tot het laatst bleven we eerst nog hopen, dat er uitkomst zou komen. De kinderen te moeten teleurstellen was niet prettig en daarom zette de fröbelonderwijzeres maar gauw de groote meisjes der Kweekschool aan ’t werk, die vol ijver poppenledikantjes, schommeltjes, vogelkooitjes enz. uit papier fabriceerden, zoodat de handjes onzer kleintjes toch gevuld werden. En ze waren heel tevreden met hun papieren schatten. Aan onze grooten konden we niets anders geven dan een schilderijtje en een rozenkrans-