slotte werd het bekend, dat hij een Roomsch missionaris was; men verbood hem verder verblijf op het eiland, en de boer, die hem gehuisvest had, werd veroordeeld. De pater had zich echter in die jaren, bij ’t IJslandsch volk, veel vrienden weten te maken: door dezen gesteund ging hij een proces aan en won, gedeeltelijk althans, de oude godsdienstvrijheid terug.

In 1876 werden vijf plaatsen aangewezen, waar zich vrij Katholieken zouden mogen ophouden. Kort daarop, in 1877, overleed de Fransche missionaris, na twintig jaar onder de IJslanders gewoond te hebben. Hij was zeer in aanzien en achting bij allen. En toch mocht het hem in al dien tijd niet gelukken één direkte bekeering te bewerken tot den Roomschen Godsdienst, dien hij in talrijke geschriften had verklaard en van aanklachten gezuiverd. Toch kon hij blijde resultaten boeken, die indirekt door zijn tusschenkomst verkregen waren. De IJslandsche boer, bij wien hij verblijf hield, had er namelijk in toegestemd, zijn beide zoons naar een Jezuïeten-college op ’t vasteland te zenden. En in 1871, nu juist vijftig jaar geleden, kwam voor den pater ’t blij bericht, dat deze beide jongens, met nog een derden, ook een IJslander, het Roomsch Geloof omhelsd hadden: de eerste drie sinds de Hervorming! De twee jongens bleven op het vasteland en traden beide in de Duitsche Provincie van de Sociëteit van Jezus: t zijn de bekende Jezuïetenpaters Jo’n en Arman Svensson. De derde. Gunnar Einardson, keerde in 1876, na voltooide studiën, naar zijn dierbaar Ijsland terug en leefde twintig jaar, als éénig Katholiek, en zonder steun van een priester, op Ijsland; een bekeerling, die al dien tijd de slagen van vriend en vijand alléén heeft moeten weren. Met wat een vreugd begroette deze held in 1895 den Deenschen priester, een wereldgeestelijke, die hem kwam helpen om Ijsland te bekeeren! Zij richtten samen het eerste Katholieke schooltje op.

Daarna zijn er de Hollandsche Paters van het Gezelschap van Maria gekomen. Pastoor Meulenberg en Pater Servaas, tegenwoordig gesteund door de beide andere Hollanders Pater Kortenraad en Pater Dreesen, die heerlijk gewerkt hebben aan den vooruitgang en den goeden naam der Katholieken op Ijsland. Het schooltje is thans uitgebreid, maar was langen tijd helaas toch nog te klein, zoodat in 1919 nog 120 leerlingen om plaats-