zondere bescherming van God niet ondervond, tot zedeloosheid' en andere ondeugden verviel?
Wel maken de kronijken der Chineezen melding van edele keizers, die het met hun onderdanen goed meenden, vooral uit den tijd van de oude dynastieën ; doch zij bepaalden zich alleen tot stoffelijke zaken. Men kende alleen een eeredienst, die aan de Voorouders moest worden bewezen; van het bovennatuurlijke, het onstoffelijke had men weinig of geen begrip.
Ook tal van leeraars stonden er op, groote vernuften, verheven wijsgeeren, die zich in een groot aantal leerlingen mochten verheugen; doch evenmin als bij de vorsten vinden wij in hun nagelaten geschriften melding gemaakt van eenigen bovennatuurlijken godsdienst.
Ten bewijze hiervan zullen wij eenige leerstellingen aanhalen van den grootste aller Chineesche philosophen, Confucius, die, ofschoon reeds bijna 2500 jaar gestorven, nog altijd geldt als ~de” leeraar bij uitnemendheid van de natie.'
Geloofde Confucius in God, Schepper, Heer en Bestuurder van hemel en aarde? Meermalen spreekt hij van hemel en den „sjongti” oppersten koning. Deze woorden zouden in den mond van een geloovige geen twijfel overlaten aangaande hun oprechtheid; ieder zou er een christelijke beteekenis aan hechten. Bij den wijsgeer Confucius is dit echter niet het geval. Hij verstaat onder „thien”, hemel; den stoffelijken hemel, de kracht die- zijn bewegingen regelt, de aarde met zijn regens bevrucht en aan alles wat bestaat groei en wasdom geeft. Aan dezen „thien” worden ook thans nog jaarlijks offers gebracht, namelijk aan de geesten der bergen en rivieren.
De tempel aan dezen „thien" gewijd is wel de merkwaardigste van dergelijke gebouwen, waarmede China als bezaaid is. In de hoofdstad van het rijk, in Peking, staat het heiligste der Chineesche heiligdommen. Daar mag geen enkele sterveling binnentreden zonder speciale vergunning van den Keizer. Eenmaal ’sjaars treedt de „Zoon des hemels” er zelf binnen, om een offer op te dragen; dit bestaat in hoofdzaak uit een vaars, die geslacht en verbrand wordt.
Deze tempel des hemels is gelegen aan een groot park, dat met prachtige boomen beplant, en met een grooten, langen muur omgeven is. Binnen deze ruimte bevinden zich nog andere gebouwen, waarvan 'één den naam draagt van paleis.