IX.

lets over de leer van Confucius.

Een door Pastoor Kortenhorst z.g. nagelaten bijdrage.

De lezers van den St. Claverbond hebben reeds vernomen welk zwaar verlies de R. K. Missie op Java geleden heelt, door den dood van Pastoor Kortenhorst. Ofschoon Z. E. reeds den leeftijd van 69 jaren bereikt had, was hij tot 2 maanden vóór zijn dood nog altijd onvermoeibaar in zijn heilig dienstwerk te Batavia.

Doch ook de Claverbond zal zijn dood ernstig voelen: want in de laatste jaren was niemand een zóó ijverig en trouw medewerker van de Berichten als hij.

Over de verdiensten van dezen respectabelen man en priester Gods wil ik thans niet verder spreken; een ander heeft een meer uitvoerige Iwensschets van hem gegeven. Ik wil enkel volbrengen wat ik den zieke op zijn sterfbed beloofd heb.

Op zekeren dag vroeg hij mij: „Pastoor, tusschen mijn papieren ligt o.a. ook een levensscjiets van den Chineeschen philosoof Confucius; de redacteur van den Claverbond heeft mij verzocht over dezen man iets te schrijven. Één artikel stuurde ik al op, het tweede heb ik niet meer klaar kunnen krijgen. Zoudt U misschien kunnen zorgen dat het persklaar gemaakt werd voor de Berichten? U zoudt mij daarmee een groot plezier doen!”

Het artikel volgt hier, zooals de Pastoor het met potlood en in ’t klad geschreven heeft, terwijl hij, volgens zijn gewoonte, zich voorstelde het later te beduimelen en in ’t net te schrijven.

In het laatste nummer van de Berichten blz. 141-170 van 1917 werd een korte levensschets gegeven van den philosoof Confucius; hier volgt een verhandeling van hetgeen die oude wijsgeer dacht en leerde aangaande de voornaamste waarheden, waarin elk weldenkend mensch belangstelt.

Schoolsche geleerdheid zoeke men in dit artikel niet. Wij zullen trachten zoo eenvoudig mogelijk uiteen te zetten, wat

deze groote man aan zijn leerlingen verkondigde. Men ergere zich niet aan sommige uitheemsche woorden en