morgen vieren wij een feest van de H. Maagd, namelijk O- k. Vr. Boodschap.” Aanstonds helderde zijn gelaat op en ik meende te verstaan, dat hij gaarne dien dag zou sterven. Reeds had hij het gebruik der spraak verloren; ik heb er spijt van, want zoo gaarne had ik u zijne laatste gedachten willen mededeelen.

Toen ik hem weder bij volle kennis zag, deed ik hem mijne laatste aanbevelingen en ook gij, zijn kleine weldoeners, werdt niet vergeten. Daarna kondigde ik hem een goed nieuws aan, dat zijn laatsten troost uitmaakte, namelijk, dat zijn vader en zijne moeder die aan zijn ziekbed waakten, ook het Doopsel wenschten te ontvangen.

Hij heeft zijn vader aan zijn zijde kunnen zien bidden, en deze heeft hem de gedachten en aanroepingen kunnen hooren herhalen die wij hem voorzegden, ten einde hem te helpen goed te sterven. •

Den 26 Maart, tegen half zeven in den morgen trad de doodstrijd in, en ongeveer op het uur, dat in Europa het feest van Maria Boodschap eindigt, steeg de ziel van onzen kleinen Stanislaus ten hemel, waar hij aan de voeten van Jezus, het kleed der onschuld, drie maanden te voren zoo blijde aangedaan, onbesmet neerlegde. Wij tellen dus, daarvan zijn wij overtuigd, in den hemel een beschermer meer.

Na zijn vertrek naar den hemel heeft de Voorzienigheid ons nog zes andere kinderen bezorgd. Vraagt aan het Kindje Jezus, dat zij mogen gelijk worden aan hem, wiens stichtenden dood ik u verhaalde.

Deze trek zal zeker uwe harten verheugen en u aansporen, om van uwe ouders den stuiver te verkrijgen, die de poorten des hemels moet openen voor andere heidensche kinderen. De goede God zal uin deze wereld honderdvoudig beloonen, maar vooral in het andere leven.

Uw toegenegen vriend in Jezus en Maria. F. J. B. Le Gouteur.