zoo niet een heidensche vrouw gevraagd had hetzelve naar de kerk te mogen dragen om alzoo een goed dagloon te verdienen.

Als men in dorpen, dicht bij een christenheid gelegen, nog zooveel kinderen doodt, wat zal het dan zijn in ver afgelegen streken ?

Een missionaris van Hokiakoelen doopte eens op een morgen 5 kinderen, die voor de H. Kindsheid bestemd waren.

Voorzeker, beste Vriend, bestaat bij U het genootschap der H. Kindsheid. Gij kunt den missionarissen een groeten steun verleenen, door het uit te breiden of te doen oprichten op plaatsen, waar het nog niet bestaat. De kinderen, door ons opgenomen, zullen eens brave christelijke huisgezinnen vormen en veel bijdragen tot bekeering hunner landgenooten.

K. Crabbe.

SINA.

Itsjang. (Huis van S*. Juliana).

Uittreksel uit een brief van de Eerw. Moeder Maria van SK Blasius aan de Zeer Eerw. Moeder Overste der Franciscanessen Missionarissen van Maria.

1. December 1907.

ZEER Eerw. Moeder,

Onze goede Moeder Overste, sinds een tiental dagen bedlegerig, gelast mij, U op de hoogte te houden onzer werken in Sina.

Dit jaar heerscht er groote ellende op de boorden van den Blauwen stroom ; onze zielenoogst was merkelijk grooter dan vroeger. De droogte heeft zoo geweldig de streek Hoepee geteisterd, dat de rijstteelt geheel mislukt is. Daar de rijst het voedsel van den armen Sinees is, heerscht er