ReUefofcitiyen tuiden Piet Siüeó en Piet ÏLo-a'idPiaPPancU.
Al inde vorige eeuw en misschien nog wel eerder, hebben taalgeleerden zich bezig gehouden met de vraag of er in Noordholland eertijds Fries is gesproken. Voor de tegenwoordige tijd zal niemand ook maar een ogenblik veronderstellen dat de dialecten in Noordholland duidelijke verwantschap met het Fries vertonen. Voor het verleden echter wordt dezelfde vraag heel verschillend beantwoord; men krijgt de indruk dat de nuchteren het 'nee’, de meer emotioneel geladenen het ’ja’ uitspreken. Ik zal hier maar enkele namen noemen. Johan Winkler schreef dat het Fries het langst heeft stand gehouden inde kop van Noordholland, maar hij geeft geen enkel bewijs, geen enkele aanwijzing.l Boekenoogen vindt dat tal van eigenaardigheden in het Noordhollands niet uit de Frankische dialecten verklaard kunnen worden, maar wel uit het feit dat vroeger in Noordholland een Fries dialect is gesproken. Als bewijs noemt hij de overeenkomst tussen het Stadfries en het Noordhollands.2 Van Ginneken tekende in 1914 Noordholland met dezelfde kleur als het Friese gebied3, maar Van Haeringen bestreed in de 20-er jaren de mening dat tal van verschijnselen in ’t Noordhollands uit het Fries te verklaren zouden zijn.4 Andere geleerden, waaronder b.v. Heeroma, brachten beide talen ineen groter verband en verklaarden zode overeenkomsten.5
Het zou te ver voerende geschiedschrijving van deze verschillende meningen hier weer te geven. Maar het zou zeker een aardige en nuttige uitgave van de Fryske Akademy kunnen zijn om al deze opvattingen eens in historische volgorde en in organisch verband te vermelden.
Deze opinies waren meestal gegrond op klankovereenkomsten, als b.v. de ie in bien, stien, het bewaard blijven van desk, het voorkomen van de begingroep gn, de ƒ en s in het begin van woorden en dergelijke. Heel wat van deze verschijnselen komen echter ook elders voor en dat was vooral de reden waarom Van Haeringen de Friese resten in Noordholland ontkende.
Toch is het zeer waarschijnlijk dat er eertijds in Noordholland Fries is gesproken. Enkele betrouwbare bewijzen geven de plaatsnamen. Men neemt aan dat Beets ontstaan is uit Beeks ten gevolge van de Friese palatalisatie. Zo kan ook Callantsoog zich hebben ontwikkeld uit Callinge-oog. De oude vorm Ekerslato, nu Akersloot, kan een oudfriese a hebben in sloot.6 Ook de vermeldingen inde middeleeuwse geschiede-