te dragen tot een gedenkstuk voor Uwen onsterfelijken stadgenoot Gijsbert Jacobs is de eerste steen en grondslag waarop het monument ter zijner ere is opgetrokken.” 1

W. H. Keikes.

1 Ms. – inv. archief St. Anthony Gasthuis, no. 326.

dlchetó v-an de u-ebichuiu-ing, v-ati do-k-fiLnaa'i gzmeentetafoen in ÏÏMebtand.

Inleiding

Eén van de dingen, die karakteristiek zijn voor Friesland en waarin onze provincie zich van ouds onderscheidde en ook heden nog onderscheidt van andere provincies, is de gemiddeld aanzienlijke territoriale om vang van de plattelandsgemeenten. Wij hoeven maar op de kaart te kijken om de voorbeelden bij de hand te hebben: Wijmbritseradeel, Wonseradeel, Smallingerland, Opsterland, Tietjerksteradeel enz.

Dit bracht vooral vroeger, toen de onverharde wegen, met name in de winter, dikwijls vrijwel geheel onbegaanbaar waren, zijn eigenaardige moeilijkheden mee, daar de bewoners van de meer excentrisch gelegen dorpen in deze grote Grietenijen soms uren ver verwijderd waren van het administratieve centrum, het Grietenijhuis of ’t Gerecht. Er bestond om zo te zeggen een zekere „geografische spanning” tussen buitendorpen en hoofdplaats. Deze spanning werd vóór 1800 minder gevoeld dan daarna, omdat bepaalde taken en functies, die na de Franse Tijd geleidelijk aan de gemeentebesturen werden overgedragen, daarvóór in het dorp zelf werden behartigd. Voor de financiering daarvan bezat men zijn eigen inkomsten, dus de dorpen bezaten een zekere mate van financiële en daarmee administratiefrechtelijke autonomie, die in oorsprong sterk verweven was met het dorp als kerkelijke gemeenschap.

De vraag, hoe deze Grietenijen en Gemeenten 1 als administratieve eenheden, met name in politioneel en justitieel opzicht, uit de kleinere eenheden der dorpen en fiarndelen of trimdelen zijn gegroeid, laten wij hier in het midden. Het zou te ver voeren.2 Ons interesseert op het

1 Sinds de invoering van de Gemeentewet van 1851 werden de karakteristieke namen Grietenij en Grietnam officieel vervangen door die van Gemeente en Burgemeester.

2 Over deze kwestie zal eerlang een studie verschijnen van de heer J. J. Spahr van der Hoek; Enkele aspecten van de Staatsrechtelijke indeling van Friesland inde 14e en 15e eeuw.