tijdsbestek (1782-1784) kenden de Nederlandse bankiers aan het Amerikaanse Congres een bedrag toe van 13 miljoen dollar. Een zeer aanzienlijke som in die tijden! Naast deze staatsleningen – vrijwel een monopolie voor ons land – werden uit Nederland nog grote bedragen voor andere doeleinden (landontginning, uitvoering van openbare werken enz.) verschaft. Men ziet het: de benaming „Marshall-hulp” past hier wel.

De staatsleningen werden prompt op tijd afgelost. Van het overige verdween veel „als leergeld inde Amerikaanse kanalenaanleg” e.d., zoals Prof. Van Winter in zijn aan het slot van deze beschouwing vermeld boek vertelt. De Amerikanen zelve spraken over deze machtige financiële hulp als „the post-war reconstruction of the United States”. Op meer moderne wijze noemen wij haar: de Nederlandse Marshall-hulp aan de U.S.A.

Nu de rollen zijn omgekeerd (in 1953 kon onze regering echter gelukkig mededelen, dat geen verdere Marshall-hulp nodig was), kan het zijn nut voor beide landen hebben, zich deze historie nog eens voor ogen te stellen en na te gaan, hoe de rollen toen door de beide partners zijn gespeeld en hoe de geesteshouding van de partijen was. Het is daarbij zaak, dit onderdeel te bezien tegen de achtergrond van het politiek gebeuren aan het einde van de 18e eeuw. Aldus zal ook de rol van Friesland in het goede licht kunnen worden geplaatst. Een ruime litteratuur staat de belangstellenden ten dienste. Enkele bronnen, waaruit ik heb geput, vermeld ik aan het slot van deze bijdrage.

Op 4 juli 1776 verklaarden 13 Amerikaanse kolonies zich te Philadelphia onafhankelijk van het Britse gezag. De „oude wereld” in Europa volgde met grote belangstelling dit evenement. Het jonge Congres begreep aanstonds, dat met de materiële, maar vooral ook door de morele steun van de Europese landen, deze vrijheidsstrijd kon worden gewonnen. Het Congres neemt dan een zeer verstandig en voor ons nog altijd leerzaam besluit: het zendt zijn allerbeste krachten uit, om de Amerikaanse belangen in Europa te bepleiten.

Zo zien wij reeds omstreeks 1777 Benjamin Franklin als Gevolmachtigd Minister geplaatst bij het Franse Hof. In zijn omgeving (te Passy) vonden mannen als de jonge Lafayette, „de vaandeldrager der democratie”, de bezieling, om naar het Amerikaanse strijdtoneel te snellen. In 1778 reeds sluit de Franse Koning een verdrag met de Amerikaanse Republiek en erkent daarmede haar onafhankelijkheid.

Een oorlog met Engeland is dan onvermijdelijk. Spanje, bondgenoot van Frankrijk, sluit zich inde krijg tegen Engeland aan.