is gebracht, stel ik weer myn oplossing, neen, laat ik uiterst bescheiden stel ik weer wat ik zie dat noodwendig de oplossing moet zyn door de werking van de krachten van onze maatschappij, door het zoo objectief mogelijk waarnemen van hetgeen zich in de maatschappij voltrekt. Mij grondende op de menschelgke natuur en op de feiten die zich hebben voorgedaan, zeg ik: wanneer wij het groote vraagstuk van de werkloosheid beschouwen moeten wij de uitkomst niet zoeken in zorg voor de werkloozen, maar in het leiden van de productie zoodanig dat het een belang van de gemeenschap wordt, en dat de gemeenschap er toe komt elke productieve kracht aan te wenden in de productie, ten bate van de gansche gemeenschap.
De Voobzittee: Het is reeds laat geworden en het is trouwens in deze vergadering ook geen gewoonte, te repliceeren. Wanneer iemand nog een zeer korte opmerking mocht willen maken, lal ik dat kunnen toelaten.
De heer Sandbeeg : M. d. V.! Ik heb nog niet van den heer VAN DEN Tempel gehoord, of hy werkelijk gelooft dat by staatssocialiseering de arbeiders tevreden zullen zijn met de loonen die hun zullen kunnen worden toegekend, dan wel of zij de algemeen menschelijke eigenschap zullen behouden van steeds te streven naar meer, een eigenschap, die niet alleen zit in hen, maar ook in de werkgevers en in ons allen, en die niet zal worden opgeheven door het staatssocialisme.
De heer van dee Wal: M. d. V.! Mag ik even deze opmerking maken. De onjuistheid is door den heer van den Tempel gedebiteerd, dat het typografenvak afgesloten is. Het typografenvak neemt echter leerlingen aan, volkomen in overeenstemming met de behoeften van het bedrgf, en het wenscht leerlingen op te nemen in dezelfde verhouding als de andere bedrijven.
De heer van den Tempel: M. d. V.! Wat de opmerking van den heer van dee Wal betreft, ik dank hem daarvoor. Zoo als hij het zegt is het inderdaad juister, maar ik had het niet anders bedoeld. Het bedryf is niet afgesloten, in_dien zin dat er nooit iemand meer in komt, want dan zou het bedrijf uitsterven, en dat kan de bedoeling niet zijn, zelfs niet van de economische bedrijfsorganisatie. Maar, de toelating tot het vak wordt geregeld, en dat wel in verband met de behoefte aan arbeiders in het bedryf. Die behoefte wordt weer bepaald in verband met den afzet, en die afzet wordt op haar beurt weer bepaald door de vraag, welke de hoogste prijs is dien men in het monopolistisch bedrijf kan verwerven. Zoo sluit de kring, en ik drukte dat wat al te kort uit, door te zeggen: het bedrijf is gesloten.
35