Onze resultaten.

Wat hebben wij bereikt in dit twaalfde jaar van den strijd ? Hoever zijn wij gekomen op den weg naar onze idealen? Men mag deze vragen niet beantwoorden op grond vm cijfers. In een oorlogstijd als deze heeft het getal zijn waarde volkomen verloren. Onze strijd is in de eerste plaats een geestelijke strijd, met als doel de overtiuging van ons Volk en de doordringing vari onze volksgenooten met onze beginselen. In normalen tijd zal men het bereiken van deze doelen ktmnen afmeten naar de openlijke syinpathie en de betuigingen van instemming, die inen m ontvangst kan nemen. Maar aan dat openlijk kleurbekennen worden thans vele belemmeringen in den weg gelegd. De angst voor terreur en voor een „verkeerd” afloojjen van den oorlog is nog altijd aanwezig bij de tegenstanders en weifelende afzijdigen. Er zijn verder de dagelijksche bezwaren van den oorlogstijd, de distributie, het uitgaansverbod, de tewerkstelUng in het buitenland, de evacuatie, de knjgsgevangenschap, het inleveren van radiotoestellen en dergelijke zaken meer. In het algemeen kan men zeggen, dat de gemiddelde Nederlander nog geen onderscheid weet te maken tusschen de doelstellingen van het nationaal-socialisme en de oorlogspractijk op een continent, dat vecht om het naakte bestaan. Dat neemt echter niet weg, dat onze beginselen doorgedrongen dieper dan de tegenstanders het willen bekennen, dieper ook dan wij zelf vaak vermoeden. De versclujnselen daarvan vindt men veelal het sterkst in de arbeidsgemeenschappen. Daarin toch komen verschillende kameraden in voortdurende aanraking met andere volksgenooten. Daarin hebben zij vaak gelegenheid tot gesprekken, waarbij in welhaast alle gevallen een volkomen overeenstemming blijkt ten aanzien van practische doelstellingen en opvattingen. Wij vinden daarin voortdurend begrippen en meeningen terug, die tot ons geestelijk eigendom behooren, ook al wil de tegenstander dat met erkennen of zelfs loochenen

Een van de door ons bereikte resultaten is bi)vooroeeia de langzame, maar gestadige herleving van de gemeeiischapsgedachte. Wij denken daarbij m de eerste plaats aan de opmerkelijke successen, welke, alle moeilijkheden ten spijt, geboekt zijn door het Arbeidsfront en door den Nederlandschen Volksdienst. Maar zelfs m de kringen van hen, die deze instellingen, als afkomstig van het