nieuwe route onder handen genomen. Hard was de strijd, welke meerdere dagen duurde, tot ze de aanval moesten opgeven. In de voorzomer zetten jonge gidsen uit Cortina d’Ampezzo de door de Zwitsers begonnen aanval voort, over een ongeveer 25 m vooruitspringende overhang. Maar ook zij moesten zich gewonnen geven. Toen kwamen de Zwitsers terug en ze kwamen over de overhang. Maar niet lang duurde hun vreugde. Daar kwamen de Italianen, nu in versterkte gelederen, terug en vervolgens bestegen de beide partijen, Zwitsers en Italianen, de rest van de wand over verschillende, maar nieuwe routes. De top was bereikt.
Intussen waren ook de Fransen op het toneel verschenen en hun gelukte de bestijging via een 100 m meer naar het oosten gelegen route in dezelfde wand, welke route door de verongelukte Jean Oauzy was voorbereid.
Al deze routes hebben gemeen dat ze slechts met een ongehoorde hoeveelheid technische hulpmiddelen gedaan kunnen worden. Dagenlang vochten de Italianen zich over de enorme overhang van het benedenste gedeelte van de wand heen. Eerst begonnen ze ’s ochtends te klimmen en werken zich door middel van een geweldig aantal muurhaken omhoog. Dan keerden ze ’s avonds weer naar de begane grond terug, om de volgende dag het spelletje te herhalen. Toen ze eenmaal op de hoogte van 150 meter gekomen waren bivakkeerden ze in de wand.
Maar door middel van een lang dun touw behielden ze contact met de vrienden beneden en hesen ze voedsel, drinken en mareriaal naar boven. Alleen de Zwitsers hadden geen supporters beneden, maar ook zij hadden een rugzak aan de voet van de wand, welke zij omhoog konden trekken.
Wonderlijk verhaal. Het schijnt echt gebeurd te zijn. Interessant echter vind ik een commentaar welke ik in de Ouib-Nachrichten van de Sektion Bern van de SAC las en welke ik hieronder onvertaald weergeef.
„Viele von uns sind geneigt, eine derarrige Richtung des Alpinismus als Irrtum zu bezeichnen. Doch wet diese jungen Burschen naher kennt, der stellt mit grosset Erende fest, dass sie die bislher als unbezwingbar gehaltenen Wande mit genau der gleichen Begeisterung anpacken, wie wit etwa eine
■klassische Route in Angriff nehmen, und das ihr inneres Erldbnis, dass ihnen dabei zuteil wird, in keiner Weise geringer ist als das Unserige bei weniger soharfen Bergsteigen. Was sie uns aber voraushaben, ist die volkommene Beherschung der Technik. Ein unermüdliohes Training und eine seriöse, fast askeüische Lebensweise bringr sie so weit, dass sie mit Haken, Hammer und Steilbügel ebenso sicher umzugehen versteken wie die besten Bergführer mit dem Eispickel. Die leüzte Delegiertenversammlung bat sich eingehend mit dieser soharfsten Richtung des Bergsteigens befasst und sie nach gewalteter Diskussion offiziell anerkennt, indem die Durchführung eines Kletterkurses mit technischen Hilfsmitteln besdhlossen wurde.”
Verrassende en behartenswaardige woorden, ook voor ons in de KNAV, dunkt me. Maar de Dolomieten zijn net iets verschillend geworden voor hen die een bolleder, een Piaz of een Steger aan het werk hebben gezien, voor wie het vrije klimmen nog een axioma was en de haken alleen maar tot zekering dienden.
Ook de grote massa’s wandelaars die de Dolomieten tot hun gebied hebben gekozen maken van de zaak wat anders, om maar niet te spreken van de verdwenen rust van de passen. Nu suizen de files auto’s over Pordoijoch en Falzaregopas, waar wij destijds met de altijd boeiende Italiaanse bus ons voortbewogen. Vol zijn
Opn. Tot'*'*
Zsigmondy-Comici Hütte