„nieuwe plantagie” gereed was gekomen en meer als wandelplaats werd gebruikt, dan vroeger ’t oude bosch, werd ter voorkoming van ongelukken de korte jacht in ’s Lands plantagie tusschen de Beiler postweg en de zaagmolen verboden en werd op elke overtreding een boete van vijf gulden gesteld”.

De lange jacht d.w.z. die zonder geweer, maar met behulp van windhonden zal men er dus zijn blijven uitoefenen.

10. Bijzondere jachtbedrijven in Drente in de loop der tijd e n.

Als zoodanig kunnen we onderscheiden: De valkenjacht, de wolvenjacht en de lijstervangst met behulp van strikken, alle bedtijven van ouds in ons land beoefend ®^).

a. De Valkenjacht. Reeds vroeg hadden de Drenten met de valkenjacht te maken. Er zijn verschillende oude charters bekend, waarin het leveren van meestal witte valken wordt bedongen. De Utrechtsche bisschoppen trokken jaarlijks valken uit de kerken te Anlo, Beilen en Vries: die van Beilen werden in 1295 door den kerkvoogd Johannes aan de kerk te Steenwijk afgestaan, toen deze van parochiale tot collegiale kerk werd verheven.

Omstreeks het jaar 1300 behoorden bij de Hof, welke de Utrechtsche bisschoppen te Anlo hadden, drie wildbanen en de valkenjacht, zooals reeds werd vermeld. Oorspronkelijk vond de levering van valken in natura plaats, later werd die verplichting in geldswaarde uitgedrukt en nog later na de hervorming was het alleen nog een vorm.

In het gemeentewapen van Beilen is, ter herinnering aan deze valkenpacht, als een der schildhouders een geestelijke met een witte valk opgenomen »2). (2ie bijgevoegde afbeelding).

8

Fig. 4. Wapen der gemeente Beilen.