103 (1928/111 146) (Afb. 5 : 45) Buikbodemscherf met kerfspatelornament van zonair versierd klokbekertje i). Oppervlak dof, dun gesaust. Kleur roodbruin. Grondmassa fijn geslibd.

b. Groote potbekers met scherp afgezette n, cylindrischen hals:

Niet vertegenwoordigd.

c. Verbasterde, dikwandige, zacht gebakken, potbekerachtige vormen met nagel- en vingertopindruksels:

104 {1928/in 147) (Afb. 5 : 4) Randscherf van dikwandige, zacht gebakken pot met gebroken zigzagvormige rij van afwisselend rechts en links gerichte nagelindruksels. Oppervlak dof, dun gesaust. Kleur donkerbruin. Grondmassa met steengruis; baksel broos.

11. STEENEN ARTEFACTEN

Tot de gevonden artefacten smaltoppige bijlen, alle van vuursteen, uitgezonderd één van kwartsiet; voorts trapezoïdale pijlpunten, krabbers, een bikkel en bikkelachtige voorwerpen, vrij kleine nuclei, een groot aantal splinters, waaronder enkele van groote geslepen bijlen en zelfs een strijdhamerfragment van kristallijn gesteente behooren:

a. Bijl e n. (A b. 4 : 27, 28, 34, 35)

IoS (1928/111 148) (Afb. 4 : 34) Groote, fraaie, herhaaldelijk bijgeslepen bijl met convexe snede. Vuursteen grijsbruin.

106 (1928/111149) (Afb. 4 : 28) Bijl als voren, doch snede zwak convex. Vuursteen roodbruin. 107 (1928/111 150) Sterk beschadigd benedengedeelte van bijl als voren. Vuursteen grijs.

108 (1928/111151) (Afb. 4 : 35) Bovengedeelte van bijl als voren, dochvuursteengecraqueleerd. 109 (1928/111 152) (Afb. 4 : 27) Bijl als voren No. IoS, doch van kwartsiet.

b. Hamer- of strijdbijlen (Afb. 4 : 33)

iio (1928/111 153) (Afb. 4 : 33) Bovengedeelte van een over het steelgat doorgebroken strijdbijl van kristallijn gesteente (dioriet).

c. Pijlpunten (Afb. 4 : 1-4, 9-15, 20-22, 24)

111 (1928/111 154-168) (Afb. 4 : 1-4, 9-15, 20-22, 24) Vijftien verschillende trapezoïdale pijlpunten met geretoucheerde, opstaande zijden, waaronder zoowel lage als hooge. Alle van vuursteen.

o t) Vgl. Abe r g, N.: Die Steinzeit i.d. Niederlanden.

Van Giffen, A. E.: Die Bauart etc. Mannus Bibl. 45, Tf. IOS, Abb. 100, no 46: „De Eeze”, Gem. Steenwijkerwold.