VONDSTENTABEL

Groepsnummers 11-14; verk. invent.-merken v. d. afz. vondsten (1928/m) 15-196

] VONDSTEN I (vak: F/G-6, hoogte: 4.22 m) D Vle 12 (vak: F/G-7, hoogte: 4.75 m -f N.A.P.) D Vle 13 (vak: J-io, hoogte: 4.5im -1- N.A.P.) D VI/ 14 (vak: D-9, hoogte: 5.0~-5,05 m + N.A.P. buiten D Vle I. AARDEWERK A. echt hunebeddenaardewerk a. trechterbekersiS-39 19-21, 23-31, 22 32, 33-39 15-18, 22 d. terrinevormen 40-48 41, 22> 44, j6 40, 41, 42, 43, 22, 45, 47 41, 44, 48 e. emmervormen 49-54 22. 53. 54 51, 52, 53 49. 50, SI /. schalen, kommen, nappen (versierd) 55-69 55-57, 59-64 58, 65-69 met kerfornament 71 72 onversierd 73-74 73, 7-4 h. amphoren 75-94 76, 78, 79, 80, 81, 82, 84, 86, 87, 88, 90-92, 93, 94 80, 83, 85, 86, 87, 88, 93 75, 77, 80, 89, 93 Sterk verbasterde vormen 95-97 95, ,22 97 i. halskommen 98-114 22, 99, 103, 105-107, 110, 111, H 3, 114 98, 100-102, jOT. 104, 108, 109, 112, 122 j. Bijzond. vormen iiS-140 1:5.117, 118, 119-123, Ï24-130, 132, 137, 133, 122 115, 116, 117, 118, 139 123, 131, 133-136, 140 B. ander aardewerk a. klokbekers 146 146 c. verb. dikw. potb. m. nagel- en vingerindr. 147 147 11. STEEN a. bijlen 148-152 143 149, 150 151, 152 b. strijdbijlen 153 153 c. pijlpunten i54"i68 154-167 168 d. schrabbers 169-170 169, 170 . e, varia 171-178 171-174 175-178 /. splinters v. gesleper bijl 179-183 179-183 111. BARNSTEEN EN GIT 186-189 186-189

n n, indeelin? is dus als die in mijn werk over do hunebedden in Nederland I c p-p- M»-

De c. g. IB: b en IV, zijn zonde, belang, ol met vertegenwoormga, z., derhalve niet vermeld.

N B • De nummers I j-196, d.w z. de verk. invent.merken igzß/111 15-196. komen, voor op één vindplaats; de iiet vet gedrukte op twee ol drie vindplaatsen. De onderstrepmg geldt de hoofdvindplaats.