26 (1941/VI 3) Eenige scherven van mwwandig, besmeten, kartelrandig aardewerk. Vroege of v66r-Romeinsche Ijzertijd.

G. en gev. als No 18.

27 (1941/XII 2) Gebroken en onvolledig, doch gerestaureerde, vyijdmondige um, van plekkerig geelbruin en vaal, eenigszins ruw aardewerk. Rand gekarteld, niet verdikt; hals iets schuin binnenwaarts gebogen, buik afgeknot trechtervormig. Um van z.g.n. Harpstedter type.

Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen.

G. van wijlen den Heer G. Wieland, landbouwer te Zeijen. Gev. (± 1930) door schenker bij het ploegen in het Zeijerveld, Z. van de Tumulihoeve te Zeijen, Gem. V r i es.

Drieperioden-heuvel bij Anloo, Gem. Anl o o, Nos 28-30 (Zie No 19) 28 (1941/IX 1) Gecalcineerde menschenbeenderen.

Resultaat van het systematisch onderzoek, onder leiding van den Conservator, van een drieperiodenheuvel ten (N.)O. van Anloo, Gem. Anloo. Gev. in het N.O. kwadrant van den tumulus (,Vak G-6/7, 17.20- 17.50).

29 (1941/IX 2) Gecalcineerde menschenbeenderen.

Herkomst als No 28, doch gev. in het Z.W. kwadrant (, Prof. 8., Vak 7, 17.50-17.75).

30 (1941/IX 4) Scherfje van besmeten aardewerk.

Herkomst als No 28, doch gev. bij afplaggen van het Z.W. kwadrant.

Urnenveld te Drouwen, Gem. Borger, Nos 31-85 (Zie Nos 12-16)

31 (1941/V 54) Scherven van een um van plekkerig geelgrijs aardewerk, met steilen hals. Op den wand een knobbel (oorreminiscentie).

Resultaat van het systematisch onderzoek (30 April-10 Mei en 4 Juni 1941), onder leiding van den Conservator, van een urnenveld te Drouwen, in een perceel woeste grond van G. Nieboer, Kad. bekend No 1913-1914, Sect. G, Gem. Borger.

32 (1941/V 55) Gebroken en onvolledig, doch gerestaureerd tweeoorig potje van geelgrijs aardewerk.

Herkomst en gev. als No 31 (, doch Vak F-15).

33 (1941/V 56) Wijdmondige, hooghalzige um van geelgrijs, gesaust aardewerk, afgedekt met een steen (35). Grondmassa: leem met granietgmis. Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen en bronzen naald (34).

Herkomst en gev. als No 31 (, doch Vak E-4, 3.09). 34 (1941/V 56a) Bronzen naald.

Herkomst als No 33 en daarin gev.