104 (1939/XII 19) Gebroken, tamelijk volledige, gerestaureerde grooteurn met effenrandigen, eenigszins toegespitsten, tamelijk hoogen hals, scherp afgezet tegen den afgeknot-peervormigen buik als voren. Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen. Tusschenvorm tusschen No 93 en 101. Vroege urnenveldentijd.

Herkomst als No 88, doch gev. excentrisch binnen kringgrep (, Vak C-8, 22.70).

105 (1939/XII 20) Gebroken en onvolledig, doch gerestaureerd, klein éénoorig potje, overigens als No 87, doch kleiner en zonder crematie. Late urnenveldentijd.

Herkomst en gev. als No 88 (, doch Vak E-8, 22.75).

106 (1939/XII 21) Gebroken en onvolledige, doch gerestaureerde, ongelijk- dubbelconische urn met effenrandig, afgeknot-tentvormig bovendeel van plekkerig, warmbruin en grauw, gesaust aardewerk als voren. Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen. Vroege urnenveldentijd.

Herkomst en gev. als No 88 (, doch Vak F-8).

107 (1939/XII 22) Gebroken, bijna volledige, gerestaureerde, scherp geprofileerde, terrinevormige urn met basaal gerilden schouder, met één, tweemaal loodrecht doorboord, gerekt, liggend knobbeloortje op den buikknik, van dito warm geelbruin aardewerk. Derivaat hunebeddenvaatwerk. Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen. Vroege bronstijd.

Herkomst en gev. als No 88 (, doch gev. Vak E-9).

108 (1939/XII 23) Urnfragment: onderdeel peervormige bruingesauste urn. Inhoud: gecalcineerde menschenbeenderen. Urnenveldentijd.

Herkomst en gev. als No 88 (, Vak E-5).

109 (1939/XII 24) Gebroken, doch volledig en gerestaureerd potje als No 87, doch verbasterd. Inhoud: bijpotje No 110.

Herkomst en gev. als No 88 (, Vak C-7, 22.50).

110 (1939/XII 24a) Vrijwel gaaf potje als No 87, doch van oranjegeelachtig aardewerk. Inhoud: geene.

Herkomst als No 109 en daarin gev.

3